FED 1994/753
HR, 23-11-1994, nr. 29 186
HR 23-11-1994, ECLI:NL:HR:1994:AA2978
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 november 1994
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Moor, de; Jansen, C.H.M.; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
29 186
- LJN
AA2978
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:AA2978, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑11‑1994
- Wetingang
Art. 11A Zesde richtlijn; art. 8 Wet OB 1968
Uitspraak
Belanghebbende, X BV exploiteert een taxibedrijf. Zij voldoet geen OB over fooien die de taxichauffeurs ontvangen. Bij de berekening van de pensioengrondslag van de taxichauffeurs wordt rekening gehouden met een verhoging van het vaste loon inclusief provisie en vakantietoeslag met een vaste toeslag van 10% over dat loon met toebehoren. Daarvan uitgaande stelt de inspecteur de fooien op 10% van het LB-loon en rekent het aldus berekende bedrag aan fooien tot het totaal aan vergoedingen dat door X BV in rekening is gebracht c.q. is ontvangen.
In geschil is of in de naheffingsaanslag ter zake terecht een correctie ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.