FED 1995/525
Een melkveehouder kan genoodzaakt zijn gedurende de laatste maanden van het superheffingsjaar (april-maart) zodanige maatregelen te treffen, dat de door hem afgeleverde hoeveelheid melk onder zijn melkquotum blijft. Goed koopmansgebruik laat niet toe om de uit die - na balansdatum nog te treffen - maatregelen voortvloeiende kosten of gederfde winst via een voorziening of een transitorische post reeds per ultimo kalenderjaar in aanmerking te nemen. In casu bestond per eindbalansdatum 1989 niet een behoorlijke kans dat in 1990 superheffing verschuldigd zou worden. Daarom mocht in het belastingjaar 1989 niet worden 'gereserveerd' voor een heffing over het superheffingsjaar 1989/1990, noch voor de in 1990 optredende gevolgen van onrendabele maatregelen.
HR 29-03-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1531, m.nt. G.H.J. Tuinte
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 maart 1995
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der
- Zaaknummer
30 127
- Noot
G.H.J. Tuinte
- LJN
AA1531
- JCDI
JCDI:ADS224814:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1531, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑03‑1995
- Wetingang
Art. 9 Wet IB 1964
Essentie
Een melkveehouder kan genoodzaakt zijn gedurende de laatste maanden van het superheffingsjaar (april-maart) zodanige maatregelen te treffen, dat de door hem afgeleverde hoeveelheid melk onder zijn melkquotum blijft. Goed koopmansgebruik laat niet toe om de uit die - na balansdatum nog te treffen - maatregelen voortvloeiende kosten of gederfde winst via een voorziening of een transitorische post reeds per ultimo kalenderjaar in aanmerking te nemen. In casu bestond per eindbalansdatum 1989 niet een behoorlijke kans dat in 1990 superheffing verschuldigd zou worden. Daarom mocht in het belastingjaar 1989 niet worden 'gereserveerd' voor een heffing over het superheffingsjaar 1989/1990, noch ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.