BNB 2005/206
Tijdstip waarop aandelenoptierecht tot stand is gekomen; opties onder opschortende voorwaarde en opties in de vorm van een wilsrecht. Overgangsregeling
HR 04-03-2005, ECLI:NL:PHR:2005:AO3070, m.nt. R.M. Freudenthal
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
4 maart 2005
- Magistraten
Pos; Monné; Leemreis; Maanen, van; Streefkerk
- Zaaknummer
39 358
- Conclusie
A-G mr. Overgaauw
- Noot
R.M. Freudenthal
- LJN
AO3070
- JCDI
JCDI:ADS888986:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Loonbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2005:AO3070, Uitspraak, Hoge Raad, 04‑03‑2005
ECLI:NL:PHR:2005:AO3070, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 04‑03‑2005
- Wetingang
Art. IV, tweede lid, onderdeel b, Wet aanpassing heffing ter zake van aandelenoptierechten (Stb. 1998, 370); art. 15, eerste lid, Uitvoeringsregeling loonbelasting 1990
Essentie
Tijdstip waarop aandelenoptierecht tot stand is gekomen; opties onder opschortende voorwaarde en opties in de vorm van een wilsrecht. Overgangsregeling
Samenvatting
Met ingang van 26 juni 1998 is de heffing van loonbelasting over optierechten in art. 15 Uitv.reg. LB 1964 gewijzigd. Volgens de overgangsregeling bleef het bestaande regime gelden voor optierechten die vóór 26 juni 1998 waren overeengekomen.
HR: Bij aandelenoptieregelingen betreffende toekomstige optierechten voor werknemers moeten twee varianten worden onderscheiden. In de eerste variant is de verwerving van het optierecht enkel afhankelijk van de opschortende voorwaarde dat het dienstverband voortduurt op de overeengekomen vervaldata. In dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.