BNB 1994/179
HR, 16-03-1994, nr. 29 613
HR 16-03-1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC5625, m.nt. J.P. Scheltens
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 maart 1994
- Magistraten
Stoffer; Urlings; Zuurmond; Herrmann; Fleers
- Zaaknummer
29 613
- Noot
J.P. Scheltens
- LJN
ZC5625
- JCDI
JCDI:ADS887218:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1994:ZC5625, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑03‑1994
- Wetingang
Zorgvuldigheidsbeginsel; art. 68 Invorderingswet 1990; art. 43, eerste lid, Successiewet 1956
Samenvatting
Te late betaling van successierecht. Verzuim van Ontvanger. Geen invorderingsrente
Belanghebbende en zijn zuster hebben, als erfgenamen van hun moeder, in de aangifte voor het recht van successie woonplaats gekozen op het adres van belanghebbendes zuster. Naar dat adres is het aanslagbiljet voor hen beiden verzonden. Belanghebbendes zuster heeft tijdig betaald, maar belanghebbende eerst enkele dagen voor het verstrijken van de termijn op de hoogte gesteld van zijn belastingschuld. Aan hem is wegens overschrijding van de betalingstermijn f 344 invorderingsrente in rekening gebracht.
Het Hof heeft de desbetreffende beschikking van de Ontvanger vernietigd op grond van zijn oordelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.