V-N 1999/10.13
OMZETBELASTING Ondernemer. Fiscale eenheid. Economische verwevenheid. Tussenholding. Prestaties over slechts 4% jegens binnenlandse afnemers
HR 16-12-1998, ECLI:NL:HR:1998:AA2594, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 december 1998
- Magistraten
Jansen, R.J.J.; Bellaart; Moor, de; Brunschot, van; Vliet, van
- Zaaknummer
33 987
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AA2594
- JCDI
JCDI:ADS899815:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1998:AA2594, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑12‑1998
- Wetingang
art. 7 lid 4 Zesde BTW-richtlijn; art. 4 lid 4 tweede volzin Zesde BTW-richtlijn
Essentie
OMZETBELASTING Ondernemer. Fiscale eenheid. Economische verwevenheid. Tussenholding. Prestaties over slechts 4% jegens binnenlandse afnemers
Samenvatting
Belanghebbende, X BV, is een in 1988 opgerichte vennootschap en fungeert als Nederlandse tussenhoudster- en financieringsvennootschap voor een aantal tot het X-concern behorende vennootschappen. Zij verwierf in 1988 en 1989 een 100% belang in de Nederlandse productiemaatschappij B NV. In geschil is of X BV met B NV een fiscale eenheid vormt in de zin van art. 4, vierde lid, laatste volzin, Zesde richtlijn en art. 7, vierde lid, Wet OB 1968, hetgeen de inspecteur bestrijdt op grond dat weliswaar sprake is van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.