V-N 2006/46.16
OMZETBELASTING. EUROPEES RECHT Verschuldigdheid BTW van vooruitbetalingen voor toekomstige leveringen van farmaceutische producten en prothesen
HvJ EG 21-02-2006, ECLI:EU:C:2006:122, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
21 februari 2006
- Magistraten
Skouris; Timmermans; Rosas; Schiemann; Makarczyk; Bahr, von; Cunha Rodrigues; Silva de Lapuerta; Lenaerts; Kûris; Juházs; Arestis
- Zaaknummer
C-419/02
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
AX2702
- JCDI
JCDI:ADS905522:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2006:122, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 21‑02‑2006
- Wetingang
Art. 10, tweede lid, 2e alinea, richtlijn 77/388/EEG (6e RI); art. 13, tweede lid, Wet OB 1968
Essentie
OMZETBELASTING. EUROPEES RECHT Verschuldigdheid BTW van vooruitbetalingen voor toekomstige leveringen van farmaceutische producten en prothesen
Samenvatting
BUPA Hospitals beheerde tot en met eind 1997 onder meer een groot aantal particuliere ziekenhuizen. Ingevolge een beslissing van de Court of Appeal waren de leveringen van medicijnen en protheses door BUPA Hospitals aan de patiënten van haar ziekenhuizen aan het BTW-nultarief onderworpen. BUPA Hospitals kon de BTW terugkrijgen die als voorbelasting was voldaan. De regering van het Verenigd Koninkrijk heeft hiertegen op 13 augustus 1997 reparatiewetgeving aangekondigd. Na aankondiging van deze regeling heeft het BUPA-concern besloten gebruik te maken van vooruitbetalingsconstructies. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.