BNB 1999/301
Verwatering van een aanmerkelijk belang; belanghebbende heeft het belang bij de verkochte aandelen niet behouden
HR 30-06-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2787
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 juni 1999
- Magistraten
Jansen R.J.J; Brunschot, van; Hammerstein; Amersfoort, van; Lourens
- Zaaknummer
34 579
- LJN
AA2787
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA2787, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑06‑1999
- Wetingang
Art. 39, derde lid, Wet IB 1964
Essentie
Verwatering van een aanmerkelijk belang; belanghebbende heeft het belang bij de verkochte aandelen niet behouden
Samenvatting
Belanghebbende bezat in maart 1985 78,5% van het geplaatste kapitaal van A BV, bestaande uit preferente en gewone aandelen. Op 13 december 1985 heeft hij zijn aandelen overgedragen aan een administratiekantoor, tegen uitgifte van certificaten en heeft hij de certificaten van de preferente aandelen A BV verkocht aan een stichting. Op 27 december 1990 heeft hij de certificaten van de gewone aandelen A BV, zijnde 15,6% van het geplaatste kapitaal van A BV, aangewend ter volstorting van aandelen in K BV. In geschil ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.