FED 1995/346
HR, 12-04-1995, nr. 29 897
HR 12-04-1995, ECLI:NL:HR:1995:AA1552
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 april 1995
- Magistraten
Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Fleers
- Zaaknummer
29 897
- LJN
AA1552
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1995:AA1552, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑04‑1995
- Wetingang
Art. 36 Wet IB 1964
Uitspraak
Belanghebbende, X, is omstreeks februari 1988 op non-actief gesteld en ontvangt sedertdien uit zijn dienstbetrekking die ook in 1990 nog voortduurde, geen salaris meer. X procedeert tegen zijn werkgeefster om de schorsing op te heffen, ontslag te voorkomen en om schadevergoeding te verkrijgen. Hij gebruikt de kantoorruimte in zijn woning. X heeft in 1990 een WW-uitkering ontvangen, welke moet worden terugbetaald afhankelijk van hetgeen de werkgever eventueel aan X verschuldigd zal blijken te zijn. X heeft in zijn aangifte inkomstenbelasting 1990 f 4706 als op de inkomsten uit arbeid drukkende kosten voor kantoorruimte ex art. 36, eerste lid, onderdeel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.