FED 1996/421:1. Indien het hof zijn beslissingen ten aanzien van de hoofdzaak en de proceskostenveroordeling in twee afzonderlijke uitspraken heeft neergelegd, dienen beide uitspraken te zamen als de beslissing van het aanhangige geding te worden gezien, zodat in cassatie op de tegen beide uitspraken ingestelde beroepen bij één arrest kan worden beslist. 2. Door ter gelegenheid van het staken van zijn onderneming gronden in erfpacht te geven in combinatie met de verkoop van gebouwen respectievelijk de verkoop van melkquotum, heeft belanghebbende gehandeld in het kader van zijn onderneming teneinde een zo gunstig mogelijk resultaat te bereiken bij de liquidatie daarvan. De desbetreffende gronden dienen daarom tegen de waarde in verpachte staat over te gaan naar privé.

FED 1996/421

1. Indien het hof zijn beslissingen ten aanzien van de hoofdzaak en de proceskostenveroordeling in twee afzonderlijke uitspraken heeft neergelegd, dienen beide uitspraken te zamen als de beslissing van het aanhangige geding te worden gezien, zodat in cassatie op de tegen beide uitspraken ingestelde beroepen bij één arrest kan worden beslist. 2. Door ter gelegenheid van het staken van zijn onderneming gronden in erfpacht te geven in combinatie met de verkoop van gebouwen respectievelijk de verkoop van melkquotum, heeft belanghebbende gehandeld in het kader van zijn onderneming teneinde een zo gunstig mogelijk resultaat te bereiken bij de liquidatie daarvan. De desbetreffende gronden dienen daarom tegen de waarde in verpachte staat over te gaan naar privé.

Documentgegevens:

HR 13-03-1996, ECLI:NL:PHR:1996:AA1856, m.nt. M.G.J.M. van Kempen

Instantie: Hoge Raad
Datum: 13 maart 1996
Magistraten: Jansen, R.J.J.; Linde, van der; Bellaart; Moor, de; Putt-Lauwers, van der; Soest, van
Zaaknummer: 30 703
Noot: M.G.J.M. van Kempen
LJN: AA1856
JCDI: JCDI:ADS238692:1
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1996:AA1856, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑03‑1996
ECLI:NL:PHR:1996:AA1856, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑1996
Wetingang: Art. 25 Wet ARB; art. 7 Wet IB 1964

Essentie

1. Indien het hof zijn beslissingen ten aanzien van de hoofdzaak en de proceskostenveroordeling in twee afzonderlijke uitspraken heeft neergelegd, dienen beide uitspraken te zamen als de beslissing van het aanhangige geding te worden gezien, zodat in cassatie op de tegen beide uitspraken ingestelde beroepen bij één arrest kan worden beslist. 2. Door ter gelegenheid van het staken van zijn onderneming gronden in erfpacht te geven in combinatie met de verkoop van gebouwen respectievelijk de verkoop van melkquotum, heeft belanghebbende gehandeld in het kader van zijn onderneming teneinde een zo gunstig mogelijk resultaat te bereiken bij de liquidatie daarvan. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.