FED 1988/427
HR, 22-06-1988, nr. 24998
HR 22-06-1988, ECLI:NL:HR:1988:ZC3854
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
22 juni 1988
- Magistraten
Royer; Linde, Van Der; Baardman; Bellaart; Korthals Altes
- Zaaknummer
24998
- LJN
ZC3854
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Belastingheffing van motorrijtuigen / Motorrijtuigenbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1988:ZC3854, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑06‑1988
- Wetingang
Uitspraak
Aan belanghebbende, X, is een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting opgelegd met een verhoging van 100%. X is door de inspecteur niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding, hetgeen het hof bevestigt; het acht niet aannemelijk X's stelling dat hij het aanslagbiljet niet heeft ontvangen.
Op het beroep in cassatie van X overweegt de Hoge Raad: Gelijk beslist in HR BNB 1986/29 moet het opleggen van een verhoging worden aangemerkt als het instellen van een strafvervolging in de zin van art. 6, eerste lid, EVRM. De belastingplichtige die niet binnen de in Hoofdstuk V AWR gestelde termijn in bezwaar c.q. beroep is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.