HR, 12-03-1997, nr. 30 828

Documentgegevens:

HR 12-03-1997, ECLI:NL:HR:1997:AA2139

Instantie: Hoge Raad
Datum: 12 maart 1997
Zaaknummer: 30 828
LJN: AA2139
Vakgebied(en): Belastingrecht algemeen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1997:AA2139, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑03‑1997
Wetingang: Art. 5a Wet ARB; art. 24 Wet IB 1964

Uitspraak

Belanghebbende, X, en zijn echtgenote (Y) zijn de enige aandeelhouders van A BV. In het kapitaal van A BV van nominaal f 25 000, nam X deel voor f 24 000 en Y voor f 1000. Tot 24 december 1985 was A BV enig aandeelhoudster van B BV, C BV en D BV (de deelnemingen). Op 24 december 1985 richtten X en Y E BV op. In het geplaatste en volgestorte aandelenkapitaal van E BV van nominaal f 800 000 werd door X deelgenomen voor f 799 000 en door Y voor f 1000. Eveneens op 24 december 1985 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.