HR, 05-10-1994, nr. 29 100

Documentgegevens:

HR 05-10-1994, ECLI:NL:HR:1994:AA2940

Instantie: Hoge Raad
Datum: 5 oktober 1994
Magistraten: Stoffer; Wildeboer; Urlings; Zuurmond; Fleers; Moltmaker
Zaaknummer: 29 100
LJN: AA2940
Vakgebied(en): Schenk- en erfbelasting / Erfbelasting
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:1994:AA2940, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑10‑1994
Wetingang: Art. 17 Wet ARB; art. 19 Succ.w. 1956

Uitspraak

Belanghebbende, AX, geboren in 1942, had sinds de echtscheiding van zijn ouders in 1947 geen contact meer met zijn vader. Zijn moeder woonde enige tijd samen met A. Volgens een uittreksel uit het bevolkingsregister was A tot 13 oktober 1958 op het adres van zijn moeder ingeschreven. In 1958 maakte zijn moeder kennis met Y. Deze ontfermde zich over AX, beschouwde hem als een eigen zoon en ondersteunde hem als enige financieel volledig gedurende zijn negenjarige studie vanaf september 1959. Tot september 1959 woonde AX bij zijn moeder. In 1989 is Y overleden, AX is mede-erfgenaam.

In geschil ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.