FED 1990/289
Art. 44 Wet IB 1964 geldt niet voor de dividendbelasting. Daarvoor is een uitdrukkelijke wetsbepaling vereist.
HR 25-10-1989, ECLI:NL:HR:1989:ZC4128, m.nt. P.J.M. Bongaarts
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 oktober 1989
- Magistraten
Vucht, Van; Jansen; Baardman; Bellaart; Korthals Altes; Verburg
- Zaaknummer
26 370
- Noot
P.J.M. Bongaarts
- LJN
ZC4128
- JCDI
JCDI:ADS207037:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Dividendbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1989:ZC4128, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑10‑1989
- Wetingang
Art. 44 Wet IB 1964
Essentie
Art. 44 Wet IB 1964 geldt niet voor de dividendbelasting. Daarvoor is een uitdrukkelijke wetsbepaling vereist.
Uitspraak
Het geschil betrof de naheffingsaanslag dividendbelasting 1981.
Vaststaat:
3.1. Op 14 december 1978 heeft de heer A te zamen met een andere comparant opgericht X BV (belanghebbende, hierna ook wel genoemd: 'de BV'). Het gehele geplaatste kapitaal ad f 20 000 000 (20 000 aandelen a f 1000) werd volgens de oprichtingsakte op een aandeel na geplaatst bij de heer A. Terstond na de oprichting werd het ontbrekende aandeel eveneens aan hem overgedragen tegen de nominale waarde.
3.2. De inbreng vond ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.