BNB 2002/362
Uitreiken van creditfactuur betekent niet dat ten onrechte gefactureerde BTW niet verschuldigd is geweest of met terugwerkende kracht is vervallen. Geen heffingsrente
HR 14-06-2002, ECLI:NL:HR:2002:AE4180, m.nt. H.W.M. van Kesteren
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juni 2002
- Magistraten
Zuurmond; Vliet, van; Lourens; Bavinck; Oven, van
- Zaaknummer
36 727
- Noot
H.W.M. van Kesteren
- LJN
AE4180
- JCDI
JCDI:ADS888507:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE4180, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑06‑2002
- Wetingang
Art. 37 Wet OB 1968; Art. 30f, tweede lid, onderdeel b, AWR
Essentie
Uitreiken van creditfactuur betekent niet dat ten onrechte gefactureerde BTW niet verschuldigd is geweest of met terugwerkende kracht is vervallen. Geen heffingsrente
Samenvatting
Voortzetting zaak HR, BNB 1999/350*.
Belanghebbende werd de door haar op een factuur vermelde BTW verschuldigd op grond van art. 37 Wet OB 1968. Zij heeft vervolgens de afnemer gecrediteerd voor deze BTW en de inspecteur verzocht de belasting terug te geven en daarover heffingsrente te vergoeden. De Inspecteur heeft de gevraagde teruggaaf verleend, maar geen heffingsrente vergoed.
HR: Het uitreiken van de creditfactuur betekent niet dat belanghebbende de omzetbelasting voordien ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.