Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de toetreding van het Koninkrijk Spanje en de Portugese Republiek tot het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, alsmede tot het Protocol betreffende de uitlegging daarvan door het Hof van Justitie, zoals deze zijn gewijzigd bij het Verdrag inzake de toetreding van het Koninkrijk Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en bij het Verdrag inzake de toetreding van de Helleense Republiek
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-02-1991
- Bronpublicatie:
26-05-1989, Trb. 1989, 142 (uitgifte: 31-10-1989, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-01-1991, Trb. 1991, 15 (uitgifte: 28-01-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
Verdrag van 26 mei 1989
Preambule
De Hoge Verdragsluitende Partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Overwegende dat het Koninkrijk Spanje en de Portugese Republiek, door lid te worden van de Gemeenschap, zich verplicht hebben om toe te treden tot het Verdrag van Brussel betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken en tot het Protocol betreffende de uitlegging van dat Verdrag door het Hof van Justitie, zoals deze zijn gewijzigd bij het Verdrag inzake de toetreding van het Koninkrijk Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en bij het Verdrag inzake de toetreding van de Helleense Republiek, en te dien einde onderhandelingen met de Lid-Staten van de Gemeenschap te beginnen om daarin de noodzakelijke aanpassingen aan te brengen,
Zich ervan bewust dat de Lid-Staten van de Gemeenschap en de Lid-Staten van de Europese Vrijhandelsassociatie op 16 september 1988 te Lugano het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken hebben gesloten, waardoor de beginselen van het Verdrag van Brussel worden uitgebreid tot de Staten die partij zijn bij dit Verdrag;
Hebben besloten dit Verdrag te sluiten en hebben te dien einde als hun gevolmachtigden aangewezen:
Zijne Majesteit de Koning der Belgen:
de heer Jacques de Lentdecker
Kabinetschef van de Minister van Justitie
Hare Majesteit de Koningin van Denemarken:
mevrouw Jette Birgitte Selsø
Zaakgelastigde bij de Ambassade van Denemarken te Madrid
de President van de Bondsrepubliek Duitsland:
Dr. Georg Tresspz
Gevolmachtigd Minister bij de Ambassade van de Bondsrepubliek Duitsland te Madrid
Dr. Klaus Kinkel
Staatssecretaris van Justitie
de President van de Helleense Republiek:
de heer Giannis Skoularikis
Minister van Justitie
Zijne Majesteit de Koning van Spanje:
de heer Enrique Mugica Herzog
Minister van Justitie
de President van de Franse Republiek:
de heer Pierre Arpaillange
Zegelbewaarder
Minister van Justitie
de President van Ierland:
de heer Patrick Walshe
Buitengewoon en gevolmachtigd Ambassadeur van Ierland in Spanje
de President van de Italiaanse Republiek:
de heer Giuliano Vassalli
Minister van Justitie
Zijne Koninklijke Hoogheid de Groothertog van Luxemburg:
de heer Ronald Mayer
Buitengewoon en gevolmachtigd Ambassadeur van Luxemburg en[lees: in] Spanje
Hare Majesteit de Koningin der Nederlanden:
de heer Frits Korthals Altes
Minister van Justitie
de heer J. Spoormaker
Eerste Ambassadesecretaris
de President van de Portugese Republiek:
de heer Fernando Nogueira
Minister van Algemene Zaken en van Justitie
Hare Majesteit de Koningin van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland:
de heer John Patten
Onderminister van Buitenlandse Zaken
Die, in het kader van de Raad bijeen, na overlegging van hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten,
Omtrent de volgende bepalingen overeenstemming hebben bereikt:
Verdragpartijgroep