Einde inhoudsopgave
Besluit Pensioenwet BES
Artikel 23 Vereist eigen vermogen
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2013
- Bronpublicatie:
30-08-2010, Stb. 2010, 370 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-08-2010, Stb. 2010, 370 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid ouderen / Pensioen
1.
Voor de berekening van het vereist eigen vermogen hanteert het pensioenfonds een standaardmodel waarin door middel van risicofactoren voor de gehele balans van activa en passiva rekening wordt gehouden met:
- a.
het renterisico;
- b.
het aandelen- en vastgoedrisico;
- c.
het valutarisico;
- d.
het grondstoffenrisico;
- e.
het kredietrisico;
- f.
het verzekeringstechnisch risico;
- g.
het liquiditeitsrisico;
- h.
het concentratierisico; en
- i.
het operationeel risico.
2.
In afwijking van het eerste lid kan een pensioenfonds, mits voorafgaande toestemming is verleend door de Bank, voor de berekening van het vereist eigen vermogen:
- a.
een vereenvoudigd model hanteren, of
- b.
een intern model hanteren.
3.
De Bank kan nadere regels stellen inzake de scenariomethode indien innovatieve beleggingsinstrumenten daartoe aanleiding geven.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen regels gesteld met betrekking tot het standaardmodel en de omvang, de inhoud en de samenhang van de risicofactoren, bedoeld in het eerste lid, en met betrekking tot de in het tweede lid bedoelde situatie.