Einde inhoudsopgave
Regeling wapens en munitie
Artikel 22
Geldend
Geldend vanaf 12-07-1997
- Bronpublicatie:
04-07-1997, Stcrt. 1997, 129 (uitgifte: 10-07-1997, regelingnummer: 639329/97/6)
- Inwerkingtreding
12-07-1997
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-07-1997, Stcrt. 1997, 129 (uitgifte: 10-07-1997, regelingnummer: 639329/97/6)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
1.
Van het verbod van artikel 14, eerste lid, 22, eerste lid, 26, eerste lid en 27, eerste lid, van de wet wordt vrijstelling verleend voor het doen binnenkomen of uitgaan, vervoeren, voorhanden hebben en dragen van noodsignaalmiddelen en de daarbij behorende lichtsignaal- of rooksignaalpatronen door personen van 18 jaar of ouder.
2.
De vrijstelling ingevolge het eerste lid geldt slechts indien:
- 1°
de noodsignaalmiddelen
- a°
van een kleiner kaliber zijn dan kaliber 12 (18,2 mm);
- b.
uitsluitend geschikt zijn voor het verschieten van noodsignaalmunitie;
- c.
zijn vervaardigd van kunststof of lichtmetaal;
- d.
niet de vorm hebben van een geweer, pistool of revolver;
- e.
door middel van gravering zijn voorzien van de postcode en het huisnummer van de eigenaar; en
- 2°
de in het eerste lid genoemde handelingen in directe relatie staan tot het vergroten van de veiligheid aan boord van een vaartuig.