Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/1727 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust), en tot vervanging en intrekking van Besluit 2002/187/JBZ
Artikel 54 bis Verbindingsmagistraten uit derde landen
Geldend
Geldend vanaf 31-10-2023
- Bronpublicatie:
04-10-2023, PbEU 2023, 2023/2131 (uitgifte: 11-10-2023, regelingnummer: 2023/2131)
- Inwerkingtreding
31-10-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-10-2023, PbEU 2023, 2023/2131 (uitgifte: 11-10-2023, regelingnummer: 2023/2131)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Privacy / Algemeen
EU-recht / Instituties
Politierecht / Organisatie
Staatsrecht / Rechtspraak
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Een verbindingsmagistraat uit een derde land kan bij Eurojust worden gedetacheerd op basis van een vóór 12 december 2019 tussen Eurojust en dat derde land gesloten samenwerkingsovereenkomst of een internationale overeenkomst gesloten tussen de Unie en het derde land uit hoofde van artikel 218 VWEU waarbij detachering van een verbindingsmagistraat mogelijk wordt gemaakt.
2.
De rechten en verplichtingen van de verbindingsmagistraat worden vastgelegd in de in lid 1 bedoelde samenwerkingsovereenkomst of internationale overeenkomst of in een overeenkomstig artikel 47, lid 3, gesloten werkafspraak.
3.
Met het oog op beveiligde uitwisseling van gegevens krijgen bij Eurojust gedetacheerde verbindingsmagistraten toegang tot het casemanagementsysteem. Eurojust blijft overeenkomstig de artikelen 45 en 46 aansprakelijk voor de verwerking van persoonsgegevens in het casemanagementsysteem door verbindingsmagistraten.
Operationele persoonsgegevens mogen slechts met behulp van het casemanagementsysteem worden doorgegeven aan verbindingsmagistraten uit een derde land overeenkomstig de voorschriften en voorwaarden die zijn vastgesteld bij deze verordening, in de overeenkomst met het betrokken land of in andere toepasselijke rechtsinstrumenten.
Artikel 24, lid 1, tweede alinea, en artikel 24, lid 2, zijn van overeenkomstige toepassing op verbindingsmagistraten.
Het college stelt de nadere voorwaarden voor toegang vast.