FED 2021/44
Onder ‘betrokken zijn’ bij het voorhanden hebben van accijnsgoederen waarover geen accijns is geheven, moet worden begrepen het verhandelen van dergelijke accijnsgoederen ten behoeve van degene die de goederen voorhanden heeft. Tot dat verhandelen moet worden gerekend het in opdracht van diegene optreden als doorgeefluik van de koopsommen voor de desbetreffende accijnsgoederen.
HR 05-02-2021, ECLI:NL:HR:2021:169, m.nt. mr. drs. A.E. Keulemans
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 februari 2021
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Van Loon, Faase, Van Eijsden
- Zaaknummer
19/01068
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
mr. drs. A.E. Keulemans
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS260689:1
- Vakgebied(en)
Accijns en verbruiksbelastingen / Accijns
Belastingrecht algemeen / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:169, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑02‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:101, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑01‑2020
- Wetingang
Art. 51 WA; art. 8 Accijnsrichtlijn
Essentie
Onder ‘betrokken zijn’ bij het voorhanden hebben van accijnsgoederen waarover geen accijns is geheven, moet worden begrepen het verhandelen van dergelijke accijnsgoederen ten behoeve van degene die de goederen voorhanden heeft. Tot dat verhandelen moet worden gerekend het in opdracht van diegene optreden als doorgeefluik van de koopsommen voor de desbetreffende accijnsgoederen.
Samenvatting
In de periode 1 april 2010 tot en met 5 april 2013 heeft in Nederland fraude plaatsgevonden met accijnsvrije minerale oliën. Hiertoe zijn minerale oliën verzameld bij schippers die de oliën accijnsvrij onder zich hadden. Deze oliën zijn vervolgens aan derden verkocht met gebruikmaking van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.