NJ 2020/175
Cassatie in het belang der wet over (berekening) duur TBS.
HR 18-02-2020, ECLI:NL:HR:2020:282, m.nt. P.A.M. Mevis
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 februari 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
19/03901 CW
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Noot
P.A.M. Mevis
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS199505:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:282, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:838, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑09‑2019
- Wetingang
Art. 38f lid 1 (oud) Sr; art. 6:1:19 Sv; art. 38 lid 2 Sr
Essentie
Cassatie in het belang der wet over (berekening) duur TBS.
1. De termijn van de TBS loopt door tijdens de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging en de voorlopige hervatting daarvan.
2. Verlenging van de TBS met verpleging met een termijn van minder dan één jaar is niet mogelijk.