Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2008/99/EG inzake de bescherming van het milieu door middel van het strafrecht
Artikel 2 Definities
Geldend
Geldend vanaf 26-12-2008
- Bronpublicatie:
19-11-2008, PbEU 2008, L 328 (uitgifte: 06-12-2008, regelingnummer: 2008/99/EG)
- Inwerkingtreding
26-12-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-11-2008, PbEU 2008, L 328 (uitgifte: 06-12-2008, regelingnummer: 2008/99/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
- a)
‘wederrechtelijk’:
- i)
in strijd met de wetgeving, aangenomen overeenkomstig het EG-Verdrag, en opgesomd in bijlage A, of
- ii)
met betrekking tot activiteiten die onder het Euratom-Verdrag vallen, in strijd met de wetgeving, aangenomen overeenkomstig het Euratom-Verdrag, en opgesomd in bijlage B, of
- iii)
in strijd met een wettelijke bepaling, een bestuursrechtelijk voorschrift van een lidstaat of een besluit van een ter zake bevoegd orgaan van een lidstaat ter uitvoering van het onder i) of ii) bedoelde Gemeenschapsrecht;
- b)
‘beschermde in het wild bedoelde dier- en plantensoorten’:
- i)
met betrekking tot artikel 3, letter f), de soorten die vermeld worden in:
- —
bijlage IV bij Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (1)
- —
bijlage I bij Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (2), waarnaar ook in artikel 4, lid 2, van deze richtlijn wordt verwezen;
- ii)
met betrekking tot artikel 3, letter g), de soorten die vermeld worden in de bijlagen A of B bij Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer (3);
- c)
‘beschermde habitat’: een habitat van een soort waarvoor een gebied als speciale beschermingszone is ingedeeld overeenkomstig artikel 4, lid 1 of lid 2, van Richtlijn 79/409/EEG, en elke natuurlijke habitat of habitat van een soort waarvoor een gebied als speciale beschermingszone is aangemerkt overeenkomstig artikel 4, lid 4, van Richtlijn 92/43/EEG;
- d)
‘rechtspersoon’: iedere juridische entiteit die deze hoedanigheid krachtens het toepasselijke nationale recht bezit, met uitzondering van staten of overheidslichamen in de uitoefening van het overheidsgezag en van publiekrechtelijke internationale organisaties.