NJO 1979, 4
Op de onteigende rustende plicht tot schadebeperking bij vervroegd uitgesproken onteigening.
HR 07-02-1979, ECLI:NL:HR:1979:2, m.nt. MB (Staat/Nijboer)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
7 februari 1979
- Magistraten
Mrs. Van Dijk, Reynders, Martens, Van Vucht, Koopmans
- Zaaknummer
1034
- Conclusie
Conclusie Adv.-Gen. Mr. Mok.
- Noot
MB
- Roepnaam
Staat/Nijboer
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1979:2, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑02‑1979
- Wetingang
Essentie
Kapitalisatiefactor.
Samenvatting
1. Dat in een geval waarin de onteigening vervroegd is uitgesproken en het te betalen voorschot door de Rb. is vastgesteld, van de onteigende nimmer zou kunnen worden gevergd dat hij, hangende de procedure tot vaststelling van de schadeloosstelling, vervangende grond koopt, kan niet worden gezegd. Hij kan daartoe echter op verbeurte van zijn aanspraak op schadevergoeding alleen dan gehouden worden geacht, indien het nalaten van zodanige aankoop kennelijk onredelijk is.
2. De Rb. zag geen reden om te dezen van de gebruikelijke kapitalisatiefactor 10 af te wijken, kennelijk omdat zij de daartegen aangevoerde stelling van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.