Richtlijn 2008/44/EG tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde benthiavalicarb, boscalid, carvon, fluoxastrobin, Paecilomyces lilacinus en prothioconazool op te nemen als werkzame stoffen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2008
- Bronpublicatie:
04-04-2008, PbEU 2008, L 94 (uitgifte: 01-01-2008, regelingnummer: 2008/44/EG)
- Inwerkingtreding
01-08-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-04-2008, PbEU 2008, L 94 (uitgifte: 01-01-2008, regelingnummer: 2008/44/EG)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
EU-recht / Marktintegratie
(Voor de EER relevante tekst)
Richtlijn van de Commissie van 4 april 2008 tot wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad teneinde benthiavalicarb, boscalid, carvon, fluoxastrobin, Paecilomyces lilacinus en prothioconazool op te nemen als werkzame stoffen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (1), en met name op artikel 6, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
België heeft op 19 april 2002 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van Kumiai Chemicals Industry Co Ltd een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof benthiavalicarb in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 2003/35/EG van de Commissie (2) is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (2)
Duitsland heeft op 26 april 2001 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van BASF AG een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof boscalid in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 2002/268/EG van de Commissie (3) is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (3)
Nederland heeft op 26 maart 1997 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van Luxan BV. een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof carvon in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 1999/610/EG van de Commissie (4) is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (4)
Het Verenigd Koninkrijk heeft op 25 maart 2002 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van Bayer AG een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof fluoxastrobin in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 2003/35/EG van de Commissie is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (5)
België heeft op 15 september 2002 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van Prophyta een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof Paecilomyces lilacinus stam 251 (hierna ‘Paecilomyces lilacinus’ genoemd) in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 2003/305/EG van de Commissie (5) is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (6)
Het Verenigd Koninkrijk heeft op 25 maart 2002 overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van Bayer CropScience een aanvraag ontvangen om opneming van de werkzame stof prothioconazool in bijlage I bij die richtlijn. Bij Beschikking 2003/35/EG is bevestigd dat het dossier ‘volledig’ is, dat wil zeggen dat het in beginsel voldoet aan de voorschriften inzake gegevens en informatie van de bijlagen II en III bij Richtlijn 91/414/EEG.
- (7)
De uitwerking van deze werkzame stoffen op de gezondheid van de mens en op het milieu is overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, leden 2 en 4, van Richtlijn 91/414/EEG beoordeeld voor de door de aanvragers voorgestelde toepassingen. De als rapporteur aangewezen lidstaten hebben een ontwerpevaluatieverslag ingediend op 13 april 2004 (benthiavalicarb), 22 november 2002 (boscalid), 16 oktober 2000 (carvon), 2 september 2003 (fluoxastrobin), 3 november 2004 (Paecilomyces lilacinus) en 18 oktober 2004 (prothioconazool).
- (8)
De evaluatieverslagen zijn door de lidstaten en de EFSA in haar werkgroep Evaluatie intercollegiaal getoetst en in de vorm van wetenschappelijke verslagen van de EFSA bij de Commissie ingediend op 15 juni 2007 voor fluoxastrobin (6) en Paecilomyces lilacinus(7) en op 12 juli 2007 voor benthiavalicarb (8) en prothioconazool (9). Deze verslagen en de ontwerpevaluatieverslagen voor boscalid en carvon zijn door de lidstaten en de Commissie bestudeerd in het kader van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid en het onderzoek is op 22 januari 2008 afgerond in de vorm van de evaluatieverslagen van de Commissie voor benthiavalicarb, boscalid, carvon, fluoxastrobin, Paecilomyces lilacinus en prothioconazool.
- (9)
Uit de verschillende analyses is gebleken dat mag worden verwacht dat gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten in het algemeen zullen voldoen aan de in artikel 5, lid 1, onder a) en b), en lid 3, van Richtlijn 91/414/EEG gestelde eisen, met name voor de toepassingen waarvoor zij zijn onderzocht en die zijn opgenomen in de evaluatieverslagen van de Commissie. Benthiavalicarb, boscalid, carvon, fluoxastrobin, Paecilomyces lilacinus en prothioconazool moeten derhalve in bijlage I bij die richtlijn worden opgenomen om ervoor te zorgen dat gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten, in alle lidstaten kunnen worden toegelaten overeenkomstig het bepaalde in die richtlijn.
- (10)
Onverminderd voornoemde conclusie is het voor fluoxastrobin en prothioconazool dienstig dat nadere informatie over bepaalde specifieke punten wordt verkregen. Artikel 6, lid 1, van Richtlijn 91/414/EEG bepaalt dat aan de opneming van een werkzame stof in bijlage I voorwaarden kunnen worden verbonden. Er dient dan ook te worden geëist dat fluoxastrobin ter bevestiging van de risicobeoordeling voor oppervlaktewater en voor niet bij ratten voorkomende metabolieten en prothioconazool ter bevestiging van de risicobeoordeling voor wat betreft de triazoolmetabolietderivaten en het risico voor zaadetende vogels en zoogdieren aan verdere tests worden onderworpen en dat deze studies door de kennisgevers worden voorgelegd.
- (11)
Onverminderd de verplichtingen zoals vastgelegd in Richtlijn 91/414/EEG ten gevolge van de opneming van een werkzame stof in bijlage I, moeten de lidstaten na de opneming zes maanden de tijd krijgen om de bestaande voorlopige toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die benthiavalicarb, boscalid, carvon, fluoxastrobin, Paecilomyces lilacinus of prothioconazool bevatten, opnieuw te onderzoeken en ervoor te zorgen dat aan de voorwaarden van Richtlijn 91/414/EEG, met name in artikel 13 en bijlage I, is voldaan. De lidstaten moeten de bestaande voorlopige toelatingen omzetten in volwaardige toelatingen, wijzigen of intrekken overeenkomstig het bepaalde in die richtlijn. In afwijking van bovenstaande termijn moet een langere termijn worden vastgesteld voor de indiening en beoordeling van het volledige dossier conform bijlage III bij Richtlijn 91/414/EEG voor elk gewasbeschermingsmiddel en elke beoogde toepassing overeenkomstig de in die richtlijn vastgestelde uniforme beginselen.
- (12)
Richtlijn 91/414/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.
- (13)
De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Voetnoten
PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2008/41/EG van de Commissie (PB L 89 van 1.4.2008, blz. 12).
PB L 11 van 16.1.2003, blz. 52.
PB L 92 van 9.4.2002, blz. 34.
PB L 242 van 14.9.1999, blz. 29.
PB L 112 van 6.5.2003, blz. 10.
EFSA Scientific Report (2007) 102, 1–84, Conclusion regarding the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance fluoxastrobin (afgerond: 13 juni 2007).
EFSA Scientific Report (2007) 103, 1–35, Conclusion regarding the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance Paecilomyces lilacinus strain 251 (afgerond: 13 juni 2007).
EFSA Scientific Report (2007) 107, 1–81, Conclusion regarding the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance benthiavalicarb (afgerond: 12 juli 2007).
EFSA Scientific Report (2007) 106, 1–98, Conclusion regarding the peer review of the pesticide risk assessment of the active substance prothioconazole (afgerond: 12 juli 2007).