NJ 1921, p. 3
Hooger beroep. Cassatie. Behandeling der zaak na verwijzing door H. R. Opnieuw cassatie met verwijzing. (Verschil tusschen partijen f 32.125).
HR 05-11-1920, ECLI:NL:HR:1920:189
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 november 1920
- Magistraten
Voorzitter: Mr. S. Gratama. Raden: Mrs. B. C. J. Loder, A. Fentener van Vlissingen. Jhr. R. Feith en Dr. L.E.Visser.
- Zaaknummer
[05111920/NJ_1921,_p._3]
- Conclusie
Mr. Ledeboer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS99530:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1920:189, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑11‑1920
- Wetingang
(Rv art. 422.)
Essentie
Hooger beroep. Cassatie. Behandeling der zaak na verwijzing door H. R. Opnieuw cassatie met verwijzing. (Verschil tusschen partijen f 32.125).
Samenvatting
De Rechtbank heeft in strijd met het arrest van verwijzing gehandeld door zich thans op het standpunt te stellen als ware in hooger beroep alleen een grief voorgedragen omtrent het niet verleenen van verstek.
Ook heeft de Rechtbank niet voldaan aan de opdracht van den Hoogen Raad om na te gaan of door de geïntimeerde in hooger beroep, toen wellicht behoorlijk gemachtigd, een verdediging ten principale was voorgedragen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.