Einde inhoudsopgave
Besluit bijzondere militaire pensioenen
Artikel 2 Het invaliditeitspensioen
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2018. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-11-2018, terugwerkend tot: 01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-2018, Stb. 2018, 430 (uitgifte: 23-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
De militair bij wie een bepaalde mate van invaliditeit met dienstverband is vastgesteld heeft uit hoofde van de dienstverhouding waarin die invaliditeit is ontstaan vanaf de dag waarop hij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt recht op een invaliditeitspensioen.
2.
Het bedrag van het in het eerste lid bedoelde invaliditeitspensioen is gelijk aan zoveel procent van de bij de betreffende dienstverhouding behorende berekeningsgrondslag als de mate van invaliditeit met dienstverband op het in dat lid bedoelde moment bedraagt, verminderd met hetzelfde percentage van het AOW-pensioen van de rechthebbende.
3.
Het in het eerste en tweede lid bedoelde invaliditeitspensioen wordt uitbetaald voor zolang en voor zover het bedrag daarvan de som van het krachtens het pensioenreglement bij dezelfde dienstverhouding behorende ouderdomspensioen, de daar eventueel van af te leiden bijzondere ouderdomspensioenen en de op die pensioenen te verlenen toeslagen overschrijdt.
4.
De berekeningsgrondslag voor het invaliditeitspensioen bedraagt niet minder dan € 17 034,25.
5.
In afwijking van het eerste lid, heeft de militair, bij wie een bepaalde mate van invaliditeit met dienstverband is vastgesteld recht op invaliditeitspensioen vanaf de dag waarop hij de leeftijd van 65 bereikt indien de militair voor 1 januari 2017 is ontslagen of de militair een aanvraag heeft ingediend als bedoeld in artikel 39a, eerste tot en met vierde lid van het Algemeen militair ambtenarenreglement.