Einde inhoudsopgave
Regeling UWV ontslagprocedure
Artikel 4 Zienswijze en verweer
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2015
- Bronpublicatie:
23-04-2015, Stcrt. 2015, 12688 (uitgifte: 11-05-2015, regelingnummer: 2015-0000102296)
- Inwerkingtreding
01-07-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-04-2015, Stcrt. 2015, 12688 (uitgifte: 11-05-2015, regelingnummer: 2015-0000102296)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Ontslag
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
1.
Na ontvangst van een volledig verzoek om toestemming doet het UWV de werknemer hiervan mededeling onder vermelding van de ontvangstdatum van het verzoek en stelt hij de werknemer in de gelegenheid om binnen veertien dagen na deze mededeling verweer te voeren.
2.
Na ontvangst van het verweer kan het UWV achtereenvolgens de werkgever en de werknemer in de gelegenheid stellen binnen zeven dagen nogmaals hun zienswijze naar voren te brengen.
3.
Indien het UWV advies van een deskundige inwint omtrent de arbeidsmedische mogelijkheden tot het verrichten van de bedongen arbeid, al dan niet in aangepaste vorm, of tot herplaatsing in een passende functie, al dan niet na scholing, stelt het UWV de werkgever en de werknemer in de gelegenheid binnen zeven dagen hun zienswijze op het uitgebrachte advies naar voren te brengen.
4.
De in het eerste, tweede en derde lid voor de werkgever en werknemer gestelde termijnen kunnen worden verlengd indien bijzondere omstandigheden dit noodzakelijk maken.
5.
Indien het in de procedure door partijen gewisselde hiertoe aanleiding geeft, kan het UWV werkgever of werknemer verzoeken aanvullende gegevens of bescheiden te verstrekken binnen een door het UWV te bepalen termijn. Het UWV kan de andere partij binnen een door het UWV te bepalen termijn in de gelegenheid stellen zijn zienswijze naar voren te brengen op de aanvullende gegevens en bescheiden.
6.
Dit artikel is niet van toepassing, indien op grond van de door de werkgever verstrekte gegevens vastgesteld kan worden dat geen toestemming wordt verleend.