NJO 1980, 6
Klantenverlies ten gevolge van het werk waarvoor onteigend wordt.
HR 30-01-1980, ECLI:NL:HR:1980:3, m.nt. M.B. (Roestenburg/Ekkersrijt)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 januari 1980
- Magistraten
Mrs Van Dijk, Reynders, Van Vucht, Van der Vorm, Bloembergen
- Zaaknummer
1043
- Conclusie
Conclusie Adv.-Gen. Mr Mok.
- Noot
M.B.
- Roepnaam
Roestenburg/Ekkersrijt
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
Onteigeningsrecht / Onteigening
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1980:3, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑01‑1980
- Wetingang
art. 40 OW
Essentie
Klantenverlies ten gevolge van het werk waarvoor onteigend wordt.
Samenvatting
Tegen de door deskundigen geadviseerde schadeloosstelling heeft de onteigende aangevoerd, dat daarbij is uitgegaan van de toestand van zijn bedrijf ten tijde van de onteigening, zonder dat geëlimineerd was de invloed van het werk waarvoor onteigend is, hierin bestaande dat in het gebied gevestigde boeren, die klanten waren van zijn handel in veevoeder en flessengas, voor het werk systematisch zijn uitgekocht en vervolgens zijn vertrokken.
Het oordeel van de Rb., dat de enkele bestemming tot industrieterrein en de verwachting dat ter plaatse industrieën zullen worden gevestigd, de boeren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.