Regeling nucleaire drukapparatuur
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2017
- Bronpublicatie:
07-06-2017, Stcrt. 2017, 27098 (uitgifte: 08-06-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2016/229044)
- Inwerkingtreding
01-08-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-07-2017, Stb. 2017, 312 (uitgifte: 19-07-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de wet van 26-04-2016, Stb. 180.
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Straling
Milieurecht / Energie
Energierecht (V)
1.
De vergunninghouder houdt met betrekking tot nucleaire drukapparatuur die in zijn inrichting wordt of is geïnstalleerd een administratie bij, waarin worden vermeld, onderscheidenlijk opgenomen:
- a.
naam en adres van de vergunninghouder;
- b.
naam en adres van de inrichting en de plaats in de inrichting, waar die apparatuur wordt of is geïnstalleerd;
- c.
de relevante documentatie met betrekking tot die apparatuur;
- d.
de met betrekking tot die apparatuur van toepassing zijnde ontwerpcode en inspectiecode;
- e.
een overzicht van de keuringen die overeenkomstig de van toepassing zijnde ontwerp- of inspectiecode aan de apparatuur of onderdelen daarvan zijn verricht, en van de resultaten van dat onderzoek;
- f.
de ingevolge deze regeling verkregen verklaringen en andere documentatie met betrekking tot de ingevolge deze regeling te verrichten en verrichte keuringen;
- g.
een overzicht van het onderhoud dat aan de apparatuur is verricht.
2.
Afwijkingen van de ontwerp- of inspectiecode, alsmede het in de inspectiecode voorgeschreven keuringsprogramma dat door de vergunninghouder wordt opgesteld, behoeven, na beoordeling door de keuringsinstelling, de instemming van de Autoriteit.
3.
De vergunninghouder stelt de in de administratie opgenomen gegevens en stukken gedurende iedere keuring van de nucleaire drukapparatuur ter beschikking van degene die de keuring verricht.