Einde inhoudsopgave
Mededeling 2022/C 414/01 van de Commissie Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie
4 Evaluatie
Geldend
Geldend vanaf 28-10-2022
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging en inwerkingtreding is de datum van het Publicatieblad.
- Bronpublicatie:
28-10-2022, PbEU 2022, C 414 (uitgifte: 28-10-2022, regelingnummer: 2022/C 414/01)
- Inwerkingtreding
28-10-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-10-2022, PbEU 2022, C 414 (uitgifte: 28-10-2022, regelingnummer: 2022/C 414/01)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
EU-recht / Marktintegratie
Staatssteun (V)
146
Als verdere garantie dat de verstoring van de mededinging en het handelsverkeer beperkt blijft, kan de Commissie eisen dat de in punt 147 bedoelde steunregelingen worden onderworpen aan een evaluatie achteraf. Er zullen evaluaties worden verricht voor regelingen waarvan de potentiële verstoring van de mededinging en het handelsverkeer zeer groot is, d.w.z. regelingen die de mededinging aanzienlijk dreigen te beperken of te verstoren als de tenuitvoerlegging niet tijdig wordt geëvalueerd.
147
Een ex-postevaluatie kan vereist zijn voor regelingen waarvoor omvangrijke steunmiddelen zijn uitgetrokken of die nieuwe kenmerken bevatten, of wanneer aanzienlijke veranderingen van de markt, de technologie of de regelgeving worden verwacht. In ieder geval zal een evaluatie vereist zijn voor regelingen waarvan de jaarlijkse begroting voor staatssteun of de uitgavenrekeningen in een jaar meer bedragen dan 150 miljoen EUR of meer dan 750 miljoen EUR over hun totale looptijd, d.w.z. de gecombineerde looptijd van de regeling en alle voorgaande regelingen die een soortgelijk doel en geografisch gebied bestrijken, vanaf 1 januari 2022. Gezien de doelstellingen van de evaluatie, en om lidstaten niet onevenredig te belasten, is de evaluatie achteraf enkel vereist voor steunregelingen met een totale looptijd van meer dan drie jaar, vanaf 1 januari 2022.
148
Van de vereiste ex-postevaluatie kan worden afgezien voor steunregelingen die een onmiddellijke opvolger zijn van een regeling voor een soortgelijk doel en geografisch gebied dat aan een evaluatie is onderworpen, waarvoor een eindevaluatieverslag is opgesteld overeenkomstig het door de Commissie goedgekeurde evaluatieplan en waarvoor geen negatieve zaken zijn gevonden. Als het eindevaluatieverslag van een regeling niet in overeenstemming is met het goedgekeurde evaluatieplan, moet die regeling onmiddellijk worden opgeschort.
149
De evaluatie moet erop gericht zijn na te gaan of is voldaan aan de veronderstellingen en de voorwaarden die aan de verenigbaarheid van de regeling ten grondslag liggen en of de steunmaatregel in het licht van de algemene en de specifieke doelstellingen ervan nodig en doeltreffend is. Zij moet ook indicaties geven over de gevolgen van de regeling voor de mededinging en de handel.
150
Voor steunregelingen die overeenkomstig punt 147 onderworpen zijn aan het evaluatievereiste, moeten lidstaten een ontwerp-evaluatieplan opstellen, dat integrerend deel uitmaakt van de beoordeling door de Commissie van de regeling:
- (a)
tegelijk met de steunregeling indien de begroting voor staatssteun van de regeling meer bedraagt dan 150 miljoen EUR in een bepaald jaar of meer dan 750 miljoen EUR over de totale looptijd ervan;
- (b)
uiterlijk 30 werkdagen dagen na een aanzienlijke wijziging die de begroting van de regeling verhoogt tot meer dan 150 miljoen EUR in een bepaald jaar of tot meer dan 750 miljoen EUR over de totale looptijd van de regeling;
- (c)
uiterlijk 30 werkdagen na de vastlegging in de officiële boekhouding van uitgaven in het kader van de regeling die meer dan 150 miljoen EUR bedragen in een jaar.
151
Het ontwerp-evaluatieplan moet in overeenstemming zijn met de door de Commissie verstrekte gemeenschappelijke methodologische beginselen (1). De lidstaten moeten het door de Commissie goedgekeurde evaluatieplan publiceren.
152
De evaluatie achteraf moet worden uitgevoerd door een van de steunverlenende autoriteit onafhankelijke deskundige, op basis van het evaluatieplan. Elke evaluatie moet ten minste één tussentijds en één eindevaluatieverslag omvatten. De lidstaten moeten beide verslagen publiceren.
153
Het eindevaluatieverslag moet tijdig bij de Commissie worden ingediend zodat zij de eventuele verlenging van de steunregeling kan beoordelen, en uiterlijk negen maanden voordat de regeling afloopt. Deze periode kan worden verkort voor regelingen waarvoor het evaluatievereiste in werking treedt in de loop van de laatste twee jaren van de uitvoering. De precieze reikwijdte en de methode waarmee deze evaluatie moet plaatsvinden, zullen worden vastgesteld in het besluit waarbij de steunregeling wordt goedgekeurd. Bij de aanmelding van een eventuele latere steunmaatregel met een soortgelijke doelstelling moet worden beschreven hoe met de uitkomsten van de evaluatie rekening is gehouden.
Voetnoten
Werkdocument van de diensten van de Commissie, Common methodology for State aid evaluation, Brussel, 28 mei 2014, SWD(2014)179 final of de opvolger ervan.