JAR 2018/129
Uitsluiten AOW'ers van recht op transitievergoeding is geen verboden onderscheid naar leeftijd.
HR 20-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:651
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 april 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/03500
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:651, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:158, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑02‑2018
- Wetingang
Art. 7:673, 7:673 lid 7 sub b BW; art. 6 lid 1 Richtlijn 2000/78/EG; art. 392 Rv
Essentie
De werknemer, geboren in 1951, is op 1 januari 1995 bij de werkgever in dienst getreden. In de toepasselijke CAO Ziekenhuizen is bepaald dat de arbeidsovereenkomst eindigt op de dag voorafgaand aan de dag waarop de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. De werknemer heeft deze leeftijd in 2016 bereikt, waarna zijn arbeidsovereenkomst is geëindigd. Vanaf dat moment heeft hij aanvullend pensioen ontvangen en een volledige AOW-uitkering. De werknemer heeft aanspraak gemaakt op de transitievergoeding. De kantonrechter heeft vervolgens prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over de uitsluiting van AOW-gerechtigden van de transitievergoeding.
De Hoge Raad stelt vast ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.