NJ 1934, p. 1361
Servituut van weg. Eigenaar dienstbaar erf (een caféhouder) verhindert niet, dat bezoekers fietsen neerzetten op den weg, waardoor eigenaar heerschend erf in de uitoefening van de erfdienstbaarheid wordt bemoeilijkt.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 april 1934
- Magistraten
Mrs. Visser, van den Dries, van Gelein Vitringa, Polak, Servatius
- Zaaknummer
[26041934/NJ_1934,_p._1361]
- Conclusie
Tak
- Noot
Prof. Mr. Paul Scholten
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS162238:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1934:122, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑04‑1934
- Wetingang
(BW art. 722, 739.)
Essentie
Servituut van weg. Eigenaar dienstbaar erf (een caféhouder) verhindert niet, dat bezoekers fietsen neerzetten op den weg, waardoor eigenaar heerschend erf in de uitoefening van de erfdienstbaarheid wordt bemoeilijkt.
Samenvatting
Het Hof heeft beslist, dat hier niet is gebleken van het verrichten van handelingen door vervoerder. Ite stelling van het cassatie-middel, dat onder „verrichten" in art. 739 ook begrepen zoude zijn het nalaten van handelingen, welke kunnen verhinderen, dat het gebruik der erfdienstbaarheid wordt verminderd of ongemakkelijker wordt gemaakt, is in hare algemeenheid onjuist.
Onjuist is ook de stelling, dat op den eigenaar van het lijdend of ...