NJ 1958/478
Merkenrecht. „Coca-cola" en „Ten-Cola". Verbod van gebruik van laatstgenoemd merk wegens vrees voor herhaling van gepleegde rechtsinbreuk.
HR 22-03-1957, ECLI:NL:HR:1957:33
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 maart 1957
- Magistraten
Mrs. Donner, Smits, Houwing, Hülsmann en Dubbink
- Zaaknummer
[22031957/NJ_1958-478]
- Conclusie
Mr. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS167547:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1957:33, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑03‑1957
- Wetingang
(Rv art. 289-297; Merkenwet 1893 art. 3.)
Essentie
Merkenrecht. „Coca-cola" en „Ten-Cola". Verbod van gebruik van laatstgenoemd merk wegens vrees voor herhaling van gepleegde rechtsinbreuk.
Samenvatting
In het onderhavige kort geding was als resultaat van gehouden getuigenverhoren komen vast te staan, dat de door thans-eiseres onder het merk „Ten-Cola" verhandelde drank nagenoeg in het geheel geen extract uit de cola-noot heeft bevat. Hieruit volgde (i.v.m. hetgeen tevoren in het geding was beslist), dat verweerster het recht op het merk „Coca Cola" had geschonden. Het stond aan den feitelijken rechter te beoordelen, of en in hoever onder de gegeven omstandigheden uit de reeds ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.