JWB 2008/303
Verjaring en stuiting rechtsvordering na ontslag op staande voet, kennelijk onredelijk ontslag WSW-werknemer
HR 27-06-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD1494
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 juni 2008
- Zaaknummer
C07/039HR
- LJN
BD1494
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BD1494, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑06‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD1494, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑06‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑01‑2007
- Wetingang
Art. 7:681 BW; art. 7:683 BW; art. 3:317 BW
Essentie
Verjaring en stuiting rechtsvordering na ontslag op staande voet, kennelijk onredelijk ontslag WSW-werknemer
Samenvatting
Casus
Eiser is in 1994 in WSW verband in dienst genomen door Trio. Hij was laatstelijk werkzaam als allround medewerker groenvoorziening. De arbeidsovereenkomst is geëindigd op 17 maart 2004 doordat Trio eiser op staande voet heeft ontslagen. Eiser heeft direct schriftelijk geprotesteerd en aangevoerd dat er geen dringende reden was voor het ontslag. De raadsman van eiser heeft op 16 september 2004 Trio aan dit protest herinnerd en daarbij, onder verwijzing naar het ontbreken van een (BBA) ontslagvergunning de opzegging van de arbeidsverhouding vernietigd. Het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.