Einde inhoudsopgave
Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2001
- Bronpublicatie:
13-12-2000, Stb. 2000, 584 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken: 27259)
- Inwerkingtreding
01-01-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2000, Stb. 2000, 585 (uitgifte: 01-01-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
1.
Deze wet is van toepassing op de deelnemers aan het verzet en hun nagelaten betrekkingen, die de Nederlandse nationaliteit bezitten.
2.
De Raad kan deze wet van toepassing verklaren op de verzetsdeelnemer of zijn nagelaten betrekkingen indien ten aanzien van hen sprake is van zodanige bij hen gelegen omstandigheden dat als gevolg daarvan het een klaarblijkelijke hardheid zou zijn hen van de toepassing van deze wet uit te sluiten. Een dergelijk besluit wordt niet genomen dan nadat Onze Minister daarin heeft toegestemd. Toestemming kan worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
3.
Voor toekenning van buitengewoon pensioen dan wel erkenning als deelnemer aan het verzet komen niet in aanmerking zij, die zich tijdens de vijandelijke bezetting van het Rijk in Azië uit Nederlands nationaal oogpunt beschouwd, onwaardig hebben gedragen. Evenmin komen in aanmerking de nagelaten betrekkingen van de deelnemers aan het verzet, op wie vorenbedoelde omschrijving van toepassing is.