Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2019/881 inzake Enisa (het Agentschap van de Europese Unie voor cyberbeveiliging), en inzake de certificering van de cyberbeveiliging van informatie- en communicatietechnologie en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 526/2013 (de cyberbeveiligingsverordening)
Artikel 31 Uitvoering van de begroting van Enisa
Geldend
Geldend vanaf 27-06-2019
- Bronpublicatie:
17-04-2019, PbEU 2019, L 151 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/881)
- Inwerkingtreding
27-06-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-04-2019, PbEU 2019, L 151 (uitgifte: 07-06-2019, regelingnummer: 2019/881)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Informatierecht / ICT
1.
De uitvoerend directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de begroting van Enisa.
2.
De interne controleur van de Commissie heeft ten aanzien van Enisa dezelfde bevoegdheden als ten aanzien van de diensten van de Commissie.
3.
Uiterlijk op 1 maart van het jaar dat volgt op elk begrotingsjaar (1 maart van jaar N + 1) dient de rekenplichtige van Enisa de voorlopige rekeningen van het begrotingsjaar (jaar N) in bij de rekenplichtige van de Commissie en bij de Rekenkamer.
4.
Na ontvangst van de opmerkingen van de Rekenkamer over de voorlopige rekeningen van Enisa ingevolge artikel 246 van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (1) maakt de rekenplichtige van Enisa onder eigen verantwoordelijkheid de definitieve rekeningen van Enisa op en legt deze voor advies voor aan de raad van bestuur.
5.
De raad van bestuur brengt advies uit over de definitieve rekeningen van Enisa.
6.
Uiterlijk op 31 maart van het jaar N + 1 zendt de uitvoerend directeur het verslag over het budgettair en financieel beheer toe aan het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer.
7.
Uiterlijk op 1 juli van jaar N + 1 zendt de rekenplichtige van Enisa de definitieve rekeningen van Enisa en het advies van de raad van bestuur toe aan het Europees Parlement, de Raad, de rekenplichtige van de Commissie en de Rekenkamer.
8.
Op dezelfde dag als die waarop hij de definitieve rekeningen van Enisa toezendt, zendt de rekenplichtige van Enisa aan de Rekenkamer een begeleidende brief betreffende die definitieve rekeningen toe, met kopie aan de rekenplichtige van de Commissie.
9.
Uiterlijk op 15 november van jaar N + 1 maakt de uitvoerend directeur de definitieve rekeningen van Enisa bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie.
10.
Uiterlijk op 30 september van jaar N + 1 stuurt de uitvoerend directeur de Rekenkamer een antwoord op diens opmerkingen, en stuurt eveneens een kopie daarvan aan de raad van bestuur en de Commissie.
11.
De uitvoerend directeur verstrekt het Europees Parlement op verzoek alle inlichtingen die nodig zijn voor het goede verloop van de kwijtingsprocedure voor het desbetreffende begrotingsjaar overeenkomstig artikel 261, lid 3, van Verordening (EU, Euratom) 2018/1046.
12.
Op aanbeveling van de Raad verleent het Europees Parlement verleent vóór 15 mei van het jaar N + 2 aan de uitvoerend directeur kwijting inzake de uitvoering van de begroting van het jaar N.
Voetnoten
Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en Besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB L 193 van 30.7.2018, blz. 1).