Einde inhoudsopgave
Wet algemene regels herindeling
Artikel 8 [Overleg]
Geldend
Geldend vanaf 21-02-2001
- Bronpublicatie:
25-01-2001, Stb. 2001, 85 (uitgifte: 20-02-2001, kamerstukken: 25234)
- Inwerkingtreding
21-02-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-01-2001, Stb. 2001, 85 (uitgifte: 20-02-2001, kamerstukken: 25234)
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Decentralisatie
Omgevingsrecht / Ruimtelijke ordening
1.
Gedeputeerde staten stellen burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten in de gelegenheid met hen overleg te voeren over de wens tot grenscorrectie of tot wijziging van de gemeentelijke indeling. Het overleg duurt ten hoogste zes maanden.
2.
Uiterlijk drie maanden na afloop van het overleg stellen gedeputeerde staten een herindelingsontwerp vast en zenden dit tezamen met een verslag van het gevoerde overleg aan de gemeenteraden en aan Onze Minister.
3.
Burgemeester en wethouders leggen het herindelingsontwerp binnen twee weken na ontvangst gedurende acht weken ter inzage op de gemeentesecretarie. De terinzagelegging wordt bekendgemaakt. Gedurende de termijn van terinzagelegging kan een ieder zijn zienswijze over het ontwerp kenbaar maken aan gedeputeerde staten.
4.
De gemeenteraden kunnen tot uiterlijk drie maanden na ontvangst van het herindelingsontwerp hun zienswijze kenbaar maken aan gedeputeerde staten.
5.
De herindelingsregeling of het herindelingsadvies wordt vastgesteld uiterlijk vier maanden na afloop van de termijn, bedoeld in het vierde lid. Een vastgesteld herindelingsadvies wordt aan Onze Minister gezonden. Van de vaststelling van een herindelingsregeling wordt aan Onze Minister mededeling gedaan.