NJ 1953/1
„Geschrift bestemd tot bewijs van enig feit". — Schending van buitenlandse wetten geen grond voor cassatie.
HR 23-09-1952, ECLI:NL:HR:1952:263, m.nt. Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 september 1952
- Magistraten
Mrs Fick, Feber, Vrij, van Berckel, Haga
- Zaaknummer
[23091952/NJ_1953-1]
- Conclusie
Mr. Langemeijer
- Noot
Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS134705:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1952:263, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑09‑1952
- Wetingang
Essentie
„Geschrift bestemd tot bewijs van enig feit". — Schending van buitenlandse wetten geen grond voor cassatie.
Samenvatting
Onder een geschrift „bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen", als in art. 225 Sr. bedoeld, valt een geschrift, waaraan in het rechtsverkeer betekenis voor het bewijs van enig feit pleegt te worden toegekend.
Rechtb. en Hof, vaststellende dat de betrokken effecten nota’s door den dienst van ‘s Rijks belastingen worden aanvaard als bewijsmiddelen, hebben mitsdien terecht geoordeeld dat deze nota’s behoren tot de voormelde in art. 225 bedoelde geschriften.
De juistheid van de beslissing, dat het telastegelegde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.