V-N 2012/19.14
Conclusie over intekenprovisies en tonnageregeling (art. 3.22 Wet IB 2001; art. 8 Wet VPB 1969)
HR (A-G) 23-02-2012, ECLI:NL:PHR:2012:BV8203, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
23 februari 2012
- Zaaknummer
11/03597
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- LJN
BV8203
- JCDI
JCDI:ADS23760:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Europees belastingrecht / Algemeen
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BV8203, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑06‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑06‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BV8203, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑02‑2012
- Wetingang
Samenvatting
Belanghebbende is moeder van een fiscale eenheid voor de VPB. Een gevoegde dochter bemiddelt ter zake van en verleent diensten aan scheepvaart-cv’s. Daartoe onderhoudt zij contact met rederijen om opdrachten te verwerven en werft zij beleggers die willen participeren. In de periode tussen de oprichting van een scheepvaart-cv en de toetreding van participanten is die dochter beherend vennoot van de cv. De dochter wordt voor haar werkzaamheden betaald door de cv. In geschil is of deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.