NJB 2014/147:Ontslagbescherming. Verklaring van een UWV-deskundige (‘second opinion’). Een chauffeur wordt ontslagen op de grond dat hij weigert mee te werken aan zijn re-integratie. Hij meent dat hij wegens ziekte niet in staat is het aangeboden vervangende schoonmaakwerk te verrichten en stelt een loonvordering in zonder daarbij een ‘second opinion’ van de UWV-deskundige te voegen; wel legt hij een rapport over van de bezwaarverzekeringsarts die in het kader van zijn aanvraag van een ziektewetuitkering heeft gerapporteerd. Het hof wijst de loonvordering af op de grond dat de werknemer een ‘second opinion’ had moeten overleggen. HR: Het is aan de werknemer of hij een verklaring van de UWV-deskundige aanvraagt teneinde een loonvordering te kunnen instellen. Hij hoeft zich daarbij niet te laten leiden door de vraag of de werkgever behoefte heeft aan de informatie in die verklaring. Ook met inachtneming van de in dit kader passende terughoudendheid, is onbegrijpelijk waarom met behulp van het rapport van de bezwaarverzekeringsarts niet kan worden geoordeeld dat zich het geval voordoet dat in redelijkheid niet van de werknemer kan worden gevergd alsnog een verklaring van een UWV-deskundige bij de loonvordering te voegen.