Einde inhoudsopgave
Algemene uitvoeringsregeling stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie
Artikel 2b
Geldend
Geldend vanaf 04-09-2024
- Bronpublicatie:
30-08-2024, Stcrt. 2024, 28764 (uitgifte: 03-09-2024, regelingnummer: WJZ/ 81953880)
- Inwerkingtreding
04-09-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-08-2024, Stcrt. 2024, 28764 (uitgifte: 03-09-2024, regelingnummer: WJZ/ 81953880)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Energierecht (V)
1.
In aanvulling op artikel 2a, tweede lid, bevat de haalbaarheidsstudie tevens:
- a.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit uit waterkracht, hernieuwbare energie uit biomassa of de vermindering van broeikasgas een energie- of productopbrengstberekening;
- b.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbaar gas met een aansluiting met een doorlaatwaarde groter dan 40m3(n) per uur een verklaring met prijsindicatie van de netbeheerder voor het invoeden van hernieuwbaar gas;
- c.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare of koolstofdioxide-arme warmte een onderbouwing van de warmteafzet;
- d.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare of koolstofdioxide-arme warmte door middel van geothermie een geologisch rapport;
- e.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van windenergie op zee:
- 1°
een windenergie-opbrengstberekening, en
- 2°
informatie die aannemelijk maakt dat tijdig zal zijn voldaan aan artikel 7.34, tweede lid, onder c, van het Besluit activiteiten leefomgeving;
- f.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van windenergie, niet zijnde windenergie op zee, met een vermogen van ten minste 100 kW een windenergie-opbrengstberekening;
- g.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit uit zonne-energie met een vermogen groter dan of gelijk aan 1 MWp door middel van zonnepanelen met een zonvolgsysteem, een zonne-energieopbrengstberekening;
- h.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit, hernieuwbare warmte of koolstofdioxide-arme warmte uit zonne-energie, anders dan zonthermie voor warmte met toepassing in een daglichtkas, een gedetailleerde tekening op schaal van de locatie van de productie-installatie waarop de zonnepanelen of zonnecollectoren nauwkeurig zijn ingetekend;
- i.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de benutting van restwarmte een kaart waarop het tracé van de transportleiding is ingetekend;
- j.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de afvang en de permanente opslag van koolstofdioxide een rapport over de infrastructuur voor transport en de opslag;
- k.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de afvang en het gebruik van koolstofdioxide een onderbouwing van de koolstofdioxide-afzet;
- l.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van windenergie met hoogtebeperking, een onderbouwing dat er op de locatie van de productie-installatie sprake is van een hoogterestrictie waardoor de tiphoogte van de windturbine beperkt is tot 150 meter of lager;
- m.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie van waterstof met een directe aansluiting op een productie-installatie die elektriciteit produceert met behulp van windenergie of een productie-installatie die elektriciteit produceert uit zonlicht door middel van fotovoltaïsche zonnepanelen, een onderbouwing dat de installatie in staat is, terwijl deze gereed is voor gebruik, om minder dan 1% elektriciteit van het maximale vermogen van de productie-installatie te verbruiken;
- n.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit, hernieuwbare warmte of koolstofdioxide-arme warmte uit zonne-energie, anders dan zonthermie voor warmte met toepassing in een daglichtkas, waarbij sprake is van plaatsing op daken of bevestiging aan gevels, een verklaring van een constructeur over de belastbaarheid van het dak of de gevel volgens het Besluit bouwwerken leefomgeving met gebruikmaking van het middel dat door de minister beschikbaar wordt gesteld;
- o.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit uit zonne-energie, waarbij het dak van een bestaand gebouw constructief wordt aangepast of een draagconstructie wordt toegepast die het dak ontlast en waarbij deze constructieve aanpassing noodzakelijk is voor de realisatie van de productie-installatie, danwel bij het gebruik van het dak van een bestaand gebouw gebruik wordt gemaakt van een productie-installatie met een maximaal gewicht van 10 kilogram per vierkante meter bedekt dakoppervlak, een verklaring van een constructeur over de belastbaarheid van het dak of de gevel volgens de normen van het Besluit bouwwerken leefomgeving met gebruikmaking van het middel dat door de minister beschikbaar wordt gesteld;
- p.
indien de aanvraag betrekking heeft op een productie-installatie voor de productie van hernieuwbare warmte, hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte of koolstofdioxide-arme warmte, waarbij sprake is van een melding als bedoeld in artikel 12b, eerste lid, van de Warmtewet, een kopie van deze melding.
2.
Het geologisch rapport, bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, voldoet aan het model ‘Specificaties geologisch onderzoek voor geothermieprojecten - rapportagevereisten SDE+ en RNES’ van 18 april 2017 van TNO zoals gepubliceerd op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.
3.
De windenergie-opbrengstberekening, bedoeld in het eerste lid, onderdelen e en f, is opgesteld door een organisatie met expertise op het gebied van windenergie-opbrengstberekeningen, met gebruikmaking van gerenommeerde rekenmodellen, omgevingsmodellen, windmodellen en windkaarten en bevat ten minste:
- a.
de locatiegegevens van het windpark;
- b.
de technische specificaties waaronder merk, type, ashoogte, rotordiameter en vermogenscurve van de beoogde windturbines;
- c.
de lokale windgegevens voor het windpark, en
- d.
een berekening van de P50-waarde voor de netto elektriciteitsproductie op jaarbasis van het windpark.
4.
Bij de berekening van de P50-waarde, bedoeld in het derde lid, onderdeel d, zijn voor wat betreft de productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van windenergie op zee de beschikbaarheid, zogeffecten, elektriciteitsverliezen, en terugregelverliezen opgenomen en is de organisatie met expertise op het gebied van windenergie-opbrengstberekeningen, bedoeld in het derde lid, onafhankelijk.
5.
Bij de berekening van de P50-waarde, bedoeld in het derde lid, onderdeel d, wordt voor wat betreft de productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van windenergie, niet zijnde windenergie op zee, voor de windenergie-opbrengstberekening per windturbinelocatie op de beoogde ashoogte de beschikbaarheid, zogeffecten, elektriciteitsverliezen, eigen consumptie, turbinerendement, terugregelverliezen en een berekende windsnelheid opgenomen, waarbij de berekende windsnelheid:
- a.
gebaseerd is op de omgevingseffecten en lokale windgegevens voor de windturbinelocatie over een aaneengesloten periode van minimaal 10 jaar; en
- b.
niet hoger is dan de gemiddelde windsnelheid volgens een middel dat door de minister ter beschikking wordt gesteld.
6.
De zonne-energieopbrengstberekening, bedoeld in het eerste lid, onderdeel g, is gebaseerd op een gemiddelde jaarlijkse instraling op een horizontaal vlak van ten hoogste 1.000 kWh per m2 en bevat ten minste:
- a.
technische specificaties van de zonnepanelen, waaronder minimaal het piekvermogen en het aantal panelen;
- b.
technische specificaties van het automatische zonvolgsysteem, waaronder minimaal een beschrijving of verstelling van de hellingshoek, verstelling in oost-westoriëntatie of verstelling van de hellingshoek en verstelling in oost-westoriëntatie van de zonnepanelen wordt toegepast;
- c.
het totale vermogen van omvormers en het aansluitvermogen van de netaansluiting;
- d.
verliezen ten gevolge van reflectie, schaduwwerking, vervuiling en degradatie van de zonnepanelen; en
- e.
een berekening van gemiddelde netto elektriciteitsproductie op jaarbasis, rekening houdend met de verliezen, bedoeld in onderdeel d, over een periode van 15 jaar van het zonne-energiesysteem.
7.
Het rapport over de infrastructuur voor transport en opslag, bedoeld in het eerste lid, onderdeel j, voldoet aan het model ‘Vereiste informatie transport- en opslagverklaring’, gepubliceerd op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.