NJB 2023/2476
In het beleid van de Raad voor Rechtsbijstand wordt het recht op gesubsidieerde rechtsbijstand per definitie onthouden aan de niet-aangehouden verdachte die is uitgenodigd om voor een verhoor te verschijnen op het politiebureau. Dit verhoudt zich niet goed met het discretionaire karakter van artikel 44, eerste lid, Wrb. De Raad kan daarom niet volstaan met een verwijzing naar het beleid.
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
11 oktober 2023
- Magistraten
MrS. Polak, Den Ouden, De Groot
- Zaaknummer
202003582/1/A2
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2023:3770, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 11‑10‑2023
- Wetingang
Essentie
In het beleid van de Raad voor Rechtsbijstand wordt het recht op gesubsidieerde rechtsbijstand per definitie onthouden aan de niet-aangehouden verdachte die is uitgenodigd om voor een verhoor te verschijnen op het politiebureau. Dit verhoudt zich niet goed met het discretionaire karakter van artikel 44, eerste lid, Wrb. De Raad kan daarom niet volstaan met een verwijzing naar het beleid.
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van: [appellant], wonend te [woonplaats], tegen de uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 18 mei 2020 in zaak nr. 19/4285 in het geding tussen: [appellant] en de raad voor rechtsbijstand ...