Einde inhoudsopgave
Arbeidstijdenbesluit
Artikel 4.9:1 Referentieperiode arbeidstijd
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2007
- Bronpublicatie:
26-02-2007, Stb. 2007, 88 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-02-2007, Stb. 2007, 88 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
1.
Artikel 5:7, tweede lid, onder c, van de wet is niet van toepassing, indien:
- a.
een onvoorziene wijziging van omstandigheden of de aard van de arbeid het met zich brengt dat het volume aan werkaanbod zodanig fluctueert dat de werknemer tijdelijk meer dan gemiddeld 48 uren per week in een periode van 16 aaneengesloten weken arbeid verricht en dit door het op een andere wijze van organiseren van de arbeid redelijkerwijs niet is te voorkomen, of
- b.
een werknemer namens de werkgever uitsluitend of in hoofdzaak leiding geeft aan werknemers die voor die werkgever arbeid verrichten.
2.
De werkgever organiseert de arbeid zodanig dat de werknemer in elke periode van 52 aaneengesloten weken ten hoogste gemiddeld 48 uren per week arbeid verricht.
3.
Toepassing van dit artikel is uitsluitend mogelijk bij collectieve regeling als bedoeld in artikel 1:3 van de wet dan wel bij een daarmee gelijkgestelde regeling als bedoeld in artikel 1:4, eerste lid, van de wet, indien de collectieve regeling, bedoeld in artikel 1:3 van de wet, dat uitdrukkelijk bepaalt dan wel er geen collectieve regeling als bedoeld in artikel 1:3 van de wet van toepassing is. Artikel 1:4, tweede lid, van de wet, is zonodig van overeenkomstige toepassing. Elk beding waarbij wordt afgeweken van dit lid of het tweede lid, is nietig.