Einde inhoudsopgave
Mediawet 2008
Artikel 9.7 [Overgangsrecht erkenningen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Redactionele toelichting
Dit artikel is opnieuw ingevoegd. Art. 9.7 (oud) vervallen. Deze wijziging is voor het eerst van toepassing op de organisatie van de landelijke publieke mediadienst, de erkenningverlening, de vaststelling van uren programma-aanbod en de bekostiging voor de erkenningperiode die loopt van 01-01-2016 t/m 31-12-2020.
- Bronpublicatie:
06-11-2013, Stb. 2013, 454 (uitgifte: 15-11-2013, kamerstukken: 33541)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2013, Stb. 2013, 472 (uitgifte: 29-11-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Media
Informatierecht / Reclame
Voor de erkenningperiode die loopt van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2020 kan Onze Minister met inachtneming van afdeling 2.2.2 en onverminderd artikel 9.8a de erkenningen, bedoeld in artikel 2.23, eerste lid, alleen verlenen aan:
- a.
de omroepverenigingen Evangelische Omroep, MAX en VPRO;
- b.
de omroeporganisaties die gevormd zijn uit de omroepverenigingen Algemene Omroepvereniging AVRO en TROS, BNN en VARA onderscheidenlijk KRO en NCRV; en
- c.
de omroeporganisaties van de in de onderdelen a en b genoemde samenstelling met inbegrip van een of beide omroepverenigingen PowNed en WNL.