Garantiewet Militairen K.N.I.L.
Artikel 3c
Geldend
Geldend vanaf 27-09-1958. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 21-07-1951
- Bronpublicatie:
04-08-1958, Stb. 1958, 437 (uitgifte: 01-01-1958, kamerstukken: 3968 )
- Inwerkingtreding
27-09-1958, terugwerkend tot: 21-07-1951
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-08-1958, Stb. 1958, 437 (uitgifte: 01-01-1958, kamerstukken: 3968 )
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Op pensioen of onderstand bij wijze van pensioen wordt, indien bij de vaststelling van de grondslagen daarvan rekening is gehouden met bezoldigingen, welke zijn toegekend op grond van na 31 December 1948 geldende bezoldigingsregelingen, buiten Indonesië geen duurtetoeslag en kindertoelage toegekend, tenzij het bedrag van dat pensioen of die onderstand minder bedraagt dan het bedrag aan pensioen of onderstand bij wijze van pensioen, dat zou zijn genoten, indien voor de vaststelling van de grondslag uitsluitend rekening zou zijn gehouden met bezoldigingen, toegekend op basis van de vóór 1 Januari 1949 bestaande bezoldigingsregelingen, vermeerderd met de toekomende duurtetoeslag en kindertoelage, in welk geval het verschil tussen beide bedoelde bedragen in de vorm van een duurtetoeslag wordt toegekend.