Besluit proceskosten bestuursrecht
Artikel 2 [Bedrag kosten]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35874 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 5110503)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2023, Stcrt. 2023, 35874 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 5110503)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Proceskostenvergoeding
1.
Het bedrag van de kosten wordt bij de uitspraak, onderscheidenlijk de beslissing op het bezwaar of het administratief beroep als volgt vastgesteld:
- a.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel a: overeenkomstig het in de bijlage opgenomen tarief;
- b.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel b: op de vergoeding die ingevolge artikel 8:36, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht is verschuldigd; indien de kosten zijn gemaakt in bezwaar of administratief beroep wordt deze vergoeding vastgesteld met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij en krachtens de Wet tarieven in strafzaken;
- c.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel c: overeenkomstig een tarief dat € 51 per uur en € 1 per gereisde kilometer bedraagt;
- d.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel d: overeenkomstig artikel 11, eerste lid, onderdeel d, van het Besluit tarieven in strafzaken 2003;
- e.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onderdeel e: overeenkomstig een tarief dat, afhankelijk van de omstandigheden, tussen € 8 en € 103 per uur bedraagt;
- f.
ten aanzien van de kosten, bedoeld in artikel 1, onder f: op de werkelijke kosten,
- g.
2.
Indien een partij of een belanghebbende gedeeltelijk in het gelijk is gesteld, kan het op grond van het eerste lid vastgestelde bedrag worden verminderd. Het op grond van het eerste lid vastgestelde bedrag kan eveneens worden verminderd indien het beroep bij de bestuursrechter is ingetrokken omdat gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen.
3.
In bijzondere omstandigheden kan van het eerste lid worden afgeweken.