WR 2020/128
Woonruimte – schadevergoeding – algemene voorwaarden: prejudiciële beslissing; oneerlijk beding; boetebeding; uitleg Richtlijn 93/13/EEG; cumulatie bedingen; wisselwerking bedingen; grondslag vordering één tekortkoming, verboden onderverhuur; winstafdracht; onevenredig hoge schadevergoeding? (vervolg op WR 2019/151)
HvJ EU 10-09-2020, ECLI:EU:C:2020:687, m.nt. F. van der Hoek (A (Sous-location d’un logement social))
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
10 september 2020
- Magistraten
M. Safjan, L. Bay Larsen, C. Toader
- Zaaknummer
C-738/19
- Noot
F. van der Hoek
- Roepnaam
A (Sous-location d’un logement social)
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS242650:1
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2020:687, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 10‑09‑2020
- Wetingang
Essentie
Woonruimte – schadevergoeding – algemene voorwaarden: prejudiciële beslissing; oneerlijk beding; boetebeding; uitleg Richtlijn 93/13/EEG; cumulatie bedingen; wisselwerking bedingen; grondslag vordering één tekortkoming, verboden onderverhuur; winstafdracht; onevenredig hoge schadevergoeding? (vervolg op WR 2019/151)
Samenvatting
Het hof verklaart voor recht dat art. 3 lid 1 en 3, alsmede art. 4 lid 1 Richtlijn 93/13/EEG aldus moeten worden uitgelegd dat een nationale rechter bij het onderzoek van het mogelijkerwijs oneerlijke karakter van een beding in een consumentenovereenkomst in de zin van die bepalingen rekening moet houden, wat de bedingen die binnen de werkingssfeer van deze richtlijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.