NJ 2022/1
Verbintenissenrecht. Schadevergoeding. Schatten schade; verwijzen naar schadestaatprocedure.
HR 10-12-2021, ECLI:NL:HR:2021:1842
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 december 2021
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
20/01363
- Conclusie
A-G mr. W.L. Valk
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS628000:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1842, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:533, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑05‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑04‑2020
- Wetingang
Essentie
Verbintenissenrecht. Schadevergoeding. Schatten schade; verwijzen naar schadestaatprocedure.
Samenvatting
Het hof heeft bij wijze van veronderstelling tot uitgangspunt genomen dat de makelaar onrechtmatig tegenover de koper heeft gehandeld. Het heeft terecht overwogen dat daaruit volgt dat de makelaar de schade moet vergoeden die de koper als gevolg daarvan heeft geleden. Voor zover de overwegingen van het hof het oordeel zouden inhouden dat wel aannemelijk is dat schade is geleden, maar dat de vordering desondanks moet worden afgewezen omdat het hof onvoldoende gegevens had om de schade te bepalen, kan dat oordeel niet in stand blijven. Het hof heeft dan miskend ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.