GHvJ, 01-09-2016, nr. EJ 60654 - H 103/13
ECLI:NL:OGHACMB:2016:93
- Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Datum
01-09-2016
- Zaaknummer
EJ 60654 - H 103/13
- Roepnaam
Integrated Utility Holding e.a.
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:OGHACMB:2016:93, Uitspraak, Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (OK), 01‑09‑2016; (Hoger beroep)
ECLI:NL:OGHACMB:2016:46, Uitspraak, Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, 20‑07‑2016; (Hoger beroep)
ECLI:NL:OGHACMB:2016:45, Uitspraak, Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, 08‑07‑2016; (Hoger beroep)
ECLI:NL:OGHACMB:2016:63, Uitspraak, Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, 16‑02‑2016; (Hoger beroep)
- Vindplaatsen
Uitspraak 01‑09‑2016
Inhoudsindicatie
Enquête. Het Hof wijst een enquêteverzoek af.
Partij(en)
Burgerlijke zaken over 2016 Beschikking no.:
Registratienummer: EJ 60654 - H 103/13
Uitspraak: 1 september 2016
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Beschikking in de zaak van:
HET OPENBAAR MINISTERIE,
gevestigd in Curaçao,
verzoeker,
hierna te noemen: het OM,
vertegenwoordigd door de advocaat-generaal, mr. A.C. van der Schans,
tegen
1. de naamloze vennootschap
INTEGRATED UTILITY HOLDING N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Aqualectra,
gemachtigde: mr. K. Frielink,
2. de naamloze vennootschap
CURAÇAO OIL N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curoil,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
3. de naamloze vennootschap
CUROIL GAS N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curgas,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
4. de naamloze vennootschap
RIFENERIA DI KORSOU N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: RdK,
gemachtigde: mr. D.E. Liqui-Lung,
met als belanghebbenden:
1. Oswald Celso [BELANGHEBBENDE 1],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 1],
gemachtigden: voorheen mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
thans mr. M.F. Murray,
2. Ray Anthony [BELANGHEBBENDE 2],
wonende in Curaçao,
gemachtigden: voorheen mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
thans niet meer door een gemachtigde vertegenwoordigd,
3. Gerrit Fransisco [BELANGHEBBENDE 3],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 3],
gemachtigden: mrs. D.A.A. Boersema en P.J. van der Korst.
1. Het verdere verloop van de procedure
Bij beschikking van 20 juli 2016 heeft het Hof bepaald dat het verslag ter inzage ligt voor een ieder en aangekondigd dat in een later stadium zou worden beslist over de eventuele verstrekking van (een deel van) de onder punt
16 en 17 van de inleiding van het verslag (p. 25 en 26) bedoelde gegevens aan partijen en belanghebbenden, en over de eventuele terinzagelegging daarvan.
Beschikking is bepaald op heden.
2. De verdere beoordeling
2.1
Hetgeen op 8 juli 2016 is neergelegd ter griffie van het Hof, bestaat uit vier items:
1. het verslag in foliovorm (hard copy);
2. de bijlagen in foliovorm;
3. een eerste usb-stick, bevattende het verslag (item 1) in de vorm van een Word-document, de bijlagen (item 2) in de vorm van een Word-document, en een directory getiteld "Curacao.Enquête.Overheids-NV's". Die directory bevat 228 bestanden;
4. een tweede usb-stick, bevattende twee Word-documenten en twee directories. De ene directory is leeg. De andere bevat 782 bestanden.
2.2
Het Hof merkt de inhoud van item 3 aan als bijlagen bij het verslag, die aan dezelfde partijen en belanghebbenden zullen worden verspreid als het verslag zelf. Deze in het dictum te noemen partijen en belanghebbenden kunnen een afspraak maken met de griffier om te verschijnen met een lege usb-stick, dan zal in hun aanwezigheid de inhoud van item 3 op de door hen gepresenteerde usb-stick gekopieerd worden.
2.3
Nu item 2 zich in de vorm van een Word-document op item 3 bevindt, zal item 2 niet afzonderlijk verspreid worden, dit ter besparing van kosten.
2.4
In het licht van hetgeen is opgemerkt onder punt 16 en 17 van de inleiding van het verslag (p. 25 en 26) merkt het Hof item 4 aan als onderliggende stukken die weliswaar door de onderzoeker zijn bestudeerd, maar niet als bijlagen bij het verslag zijn gevoegd. Item 4 zal daarom niet worden verspreid. Het Hof neemt ook geen kennis van de inhoud ervan.
2.5
Het Hof acht geen termen aanwezig om de items 2, 3 of 4 ter inzage te leggen.
2.6
De onderzoeker heeft na 8 juli 2016 twee dozen met stukken aan de griffie van het Hof doen toekomen. Deze nagekomen stukken zijn kennelijk in hoofdzaak afdrukken van de op items 3 en 4 opgeslagen bestanden, maar er zijn kennelijk ook enige andere stukken bij. Het Hof merkt deze stukken aan als hetzij onderliggende stukken, hetzij stukken die reeds eerder gedeponeerd zijn. Het Hof zal er geen kennis van nemen en ze ook niet verspreiden.
2.7
Inmiddels zijn er verzoeken op de voet van art. 2:282 BW ter griffie van het Hof binnengekomen. Deze luiden de tweede fase van de procedure in. Hierover zal het Hof afzonderlijk beslissen.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
draagt de griffier op item 3 in elektronisch afschrift te verstrekken aan Aqualectra, Curoil, Curgas, RdK, het OM, FAS, [belanghebbende 1], [belanghebbende 2] en [belanghebbende 3], op de hiervoor in rov. 2.2 genoemde wijze;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mrs. G.C.C. Lewin, T.A.M. Tijhuis en
P. van Schilfgaarde, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en
ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken
op 1 september 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.
Uitspraak 20‑07‑2016
Inhoudsindicatie
Terinzagelegging verslag.
Partij(en)
Burgerlijke zaken over 2016 Beschikking no.:
Registratienummer: EJ 60654 - H 103/13
Uitspraak: 20 juli 2016
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Beschikking in de zaak van:
HET OPENBAAR MINISTERIE,
gevestigd in Curaçao,
verzoeker,
hierna te noemen: het OM,
vertegenwoordigd door de advocaat-generaal, mr. A.C. van der Schans,
tegen
1. de naamloze vennootschap
INTEGRATED UTILITY HOLDING N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Aqualectra,
gemachtigde: mr. K. Frielink,
2. de naamloze vennootschap
CURAÇAO OIL N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curoil,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
3. de naamloze vennootschap
CUROIL GAS N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curgas,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
4. de naamloze vennootschap
RIFENERIA DI KORSOU N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: RdK,
gemachtigde: mr. D.E. Liqui-Lung,
met als belanghebbenden:
1. [BELANGHEBBENDE 1],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 1[,
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
2. [BELANGHEBBENDE 2],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 2],
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
3. [BELANGHEBBENDE 3],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 3],
gemachtigden: mrs. D.A.A. Boersema en P.J. van der Korst.
1. Het verdere verloop van de procedure
Bij beschikking van 8 juli 2016 heeft het Hof de griffier opgedragen het verslag, zonder bijlagen, in afschrift te verstrekken aan Aqualectra, Curoil, Curgas, RdK, het OM, FAS, [belanghebbende 1], [belanghebbende 2] en [belanghebbende 3].
Beschikking is bepaald op heden.
2. De verdere beoordeling
Op de voet van art. 2:279 lid 3 BW zal het Hof thans bepalen dat het verslag, vooralsnog zonder bijlagen, ter griffie van het Hof ter inzage wordt gelegd voor een ieder. Over de eventuele verstrekking van (een deel van) de onder punt
16 en 17 van de inleiding van het verslag (p. 25 en 26) bedoelde gegevens aan partijen en belanghebbenden zal in een later stadium worden beslist, evenals over de eventuele terinzagelegging daarvan.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
- bepaalt dat het verslag vanaf heden, zonder bijlagen, ter griffie van het Hof ter inzage ligt voor een ieder;
- verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mrs. G.C.C. Lewin, T.A.M. Tijhuis en
P. van Schilfgaarde, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en
ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken
op 20 juli 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.
Uitspraak 08‑07‑2016
Inhoudsindicatie
Verstrekking van afschrift van het verslag.
Partij(en)
Burgerlijke zaken over 2016 Beschikking no.:
Registratienummer: EJ 60654 - H 103/13
Uitspraak: 8 juli 2016
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Beschikking in de zaak van:
HET OPENBAAR MINISTERIE,
gevestigd in Curaçao,
verzoeker,
hierna te noemen: het OM,
vertegenwoordigd door de advocaat-generaal, mr. A.C. van der Schans,
tegen
1. de naamloze vennootschap
INTEGRATED UTILITY HOLDING N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Aqualectra,
gemachtigde: mr. K. Frielink,
2. de naamloze vennootschap
CURAÇAO OIL N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curoil,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
3. de naamloze vennootschap
CUROIL GAS N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curgas,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
4. de naamloze vennootschap
RIFENERIA DI KORSOU N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: RdK,
gemachtigde: mr. D.E. Liqui-Lung,
met als belanghebbenden:
1. [BELANGHEBBENDE 1],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 1],
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
2. [BELANGHEBBENDE 2],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 2],
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
3. [BELANGHEBBENDE 3],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 3],
gemachtigden: mrs. D.A.A. Boersema en P.J. van der Korst.
1. Het verdere verloop van de procedure
Bij beschikking van 16 februari 2016 heeft het Hof, kort en zakelijk weergegeven, het onderzoeksbudget verhoogd.
Het verslag is op 8 juli 2016 neergelegd ter griffie van het Hof. Daarbij zijn ook bijlagen neergelegd.
Beschikking is bepaald op heden.
2. De verdere beoordeling
2.1
Ingevolge art. 2:279 lid 1 BW, tweede volzin, wordt het verslag, vooralsnog zonder bijlagen, in afschrift verstrekt aan:
- de rechtspersonen: Aqualectra, Curoil, Curgas en RdK;
- de verzoeker tot enquête: het OM; en
- de in art. 272, tweede lid, onder a, BW bedoelde belanghebbende: FAS.
2.2
De eisen van een goede procesorde brengen mee dat het verslag, eveneens vooralsnog zonder bijlagen, ook in afschrift wordt verstrekt aan de in de kop van deze beschikking genoemde belanghebbenden: [belanghebbende 1], [belanghebbende 2] en [belanghebbende 3].
2.3
Het Hof zal de griffie opdragen uitvoering te geven aan het bovenstaande. Over de eventele verstrekking in afschrift van de bijlagen zal in een later stadium worden beslist, evenals over de eventuele terinzagelegging van het verslag en de bijlagen.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
draagt de griffier op het verslag, zonder bijlagen, in afschrift te verstrekken aan Aqualectra, Curoil, Curgas, RdK, het OM, FAS, [belanghebbende 1], [belanghebbende 2] en [belanghebbende 3];
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mrs. G.C.C. Lewin, H. de Doelder en
P.H. Veling, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en
ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken
op 8 juli 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.
Uitspraak 16‑02‑2016
Inhoudsindicatie
Enquête. In de enquêtezaak tegen de Overheids-NV's verhoogt het Hof het onderzoeksbudget.
Partij(en)
Burgerlijke zaken over 2016 Beschikking no.:
Registratienummer: EJ 60654 - H 103/13
Uitspraak: 16 februari 2016
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Beschikking in de zaak van:
HET OPENBAAR MINISTERIE,
gevestigd in Curaçao,
verzoeker,
hierna te noemen: het OM,
vertegenwoordigd door de advocaat-generaal, mr. A.C. van der Schans,
tegen
1. de naamloze vennootschap
INTEGRATED UTILITY HOLDING N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Aqualectra,
gemachtigde: mr. K. Frielink,
2. de naamloze vennootschap
CURAÇAO OIL N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curoil,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
3. de naamloze vennootschap
CUROIL GAS N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: Curgas,
gemachtigde: mr. C. de Bres,
4. de naamloze vennootschap
RIFENERIA DI KORSOU N.V.,
gevestigd in Curaçao,
verweerster,
hierna te noemen: RdK,
gemachtigde: mr. D.E. Liqui-Lung,
met als belanghebbenden:
1. Oswald Celso [BELANGHEBBENDE 1],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 1],
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
2. Ray Anthony [BELANGHEBBENDE 2],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 2],
gemachtigden: mrs. D.D. Zahavi en L.A.E. Timmer,
3. Gerrit Fransisco [BELANGHEBBENDE 3],
wonende in Curaçao,
hierna te noemen: [belanghebbende 3],
gemachtigden: mrs. D.A.A. Boersema en P.J. van der Korst.
1. Het verdere verloop van de procedure
1.1
Bij beschikking van 31 maart 2015 heeft het Hof verzoeken van de advocaat-generaal om een of meer andere onderzoekers te benoemen en om de benoemde onderzoeker mr. Willems te bevelen zich te laten bijstaan door een of meer personen, afgewezen.
1.2
Op 26 januari 2016 heeft de onderzoeker het Hof bericht dat hij zich
31 maart 2016 als deadline heeft gesteld voor de afronding van het verslag en dat hij om dat mogelijk te maken voornemens is administratieve bijstand aan te trekken. In verband daarmee heeft hij het Hof verzocht het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten, te verhogen met € 30.000,-. Bij
e-mailbericht van 27 januari 2016 zijn partijen en belanghebbenden in de gelegenheid gesteld te reageren op dit verzoek.
Zijdens Curoil en Curgas is bij e-mailbericht van 27 januari 2016 bericht dat zij zich refereren, met dien verstande dat zij het Hof in overweging geven bij de verdeling van de kosten over de onderscheiden verweerders rekening ermee te houden dat de additionele kosten met name worden veroorzaakt door kwesties die hen niet regarderen.
Zijdens RdK is bij e-mailbericht van 4 februari 2016 bericht dat RdK bezwaar maakt tegen toewijzing van het verzoek, omdat er geen kostenoverzicht of specificatie van de reeds uitgevoerde werkzaamheden en geen schatting van de nog te verwachten werkzaamheden en daarmee gemoeide tijd is overgelegd. Subsidiair verzoekt RdK dat de verhoging van het onderzoeksbudget gelijkelijk wordt verdeeld.
Zijdens Aqualectra is bij e-mailbericht van 4 februari 2016 bericht dat Aqualectra de redelijkheid van het voorgestelde bedrag niet kan beoordelen, omdat er geen kenbare begroting aan ten grondslag ligt, en dat Aqualectra zich aan het oordeel van het Hof refereert.
Zijdens FAS is op 5 februari 2016 een e-mailbericht binnengekomen met de mededeling dat FAS geen partij is en dat het Hof over het verzoek van de onderzoeker dient te beslissen.
1.3
Beschikking is bepaald op heden.
2. De verdere beoordeling
2.1
De onderzoeker heeft bericht dat hij voornemens is administratieve bijstand aan te trekken. Gelet op de complexiteit van het onderzoek deelt het Hof de mening van de onderzoeker dat dit in het belang van een goede voortgang van het onderzoek wenselijk is. De door de onderzoeker gegeven schatting van de daarmee gemoeide kosten acht het Hof redelijk, mede bezien in het licht van het bij beschikking van 15 juli 2013 vastgestelde bedrag. Het Hof zal het verzoek toewijzen.
2.2
Zoals bij beschikking van 15 juli 2013 is gedaan, zal het Hof ook thans het bedrag gelijkelijk verdelen over Aqualectra, Curoil en RdK. Het Hof ziet geen goede reden om thans tot een andere verdeling te komen.
2.3
Het Hof acht uit een oogpunt van een goede rechtsbedeling wenselijk dat het onderzoek spoedig wordt afgerond en heeft daarom met instemming kennisgenomen van het bericht van de onderzoeker dat hij zich 31 maart 2016 als deadline heeft gesteld voor de afronding van het verslag.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
verhoogt het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten voor Aqualectra, Curoil en RdK elk met € 10.000,00, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen;
bepaalt dat Aqualectra, Curoil en RdK binnen veertien dagen na heden voor de betaling daarvan ten genoege van de onderzoeker aanvullende zekerheid dienen te stellen;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mrs. G.C.C. Lewin, T.A.M. Tijhuis en
P. van Schilfgaarde, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en
ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken
op 16 februari 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.