Einde inhoudsopgave
Regeling agentschappen
Artikel 23 Uitgangspunten openingsbalans
Geldend
Geldend van 01-01-2018 tot 01-01-2025
- Bronpublicatie:
21-11-2017, Stcrt. 2017, 69103 (uitgifte: 04-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2017, Stcrt. 2017, 69103 (uitgifte: 04-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Overheidsfinanciën / Rijksfinanciën
Overheidsfinanciën / Algemeen
1.
Het baten-lastenagentschap neemt in de openingsbalans met de daarbij behorende toelichting de activa, passiva, rechten en verplichtingen op die door het betrokken ministerie en door andere ministeries aan een agentschap in economisch beheer worden overgedragen.
2.
Tegenover de langlopende bezittingen wordt in de openingsbalans een initiële lening opgenomen: een langlopende schuld aan het Ministerie van Financiën in de vorm van een beroep op de leenfaciliteit. De omvang van de initiële lening kan worden verminderd met het langlopende deel van de voorzieningen. Met de uit de initiële lening ontvangen gelden betaalt het betrokken baten-lastenagentschap de vergoeding voor de overgenomen vermogensbestanddelen aan het (vak)ministerie.
3.
In de openingsbalans wordt het saldo van enerzijds de kortlopende bezittingen en anderzijds de kortlopende schulden en het kortlopende deel van de voorzieningen opgenomen als passivum in de post ‘Nog te betalen’ indien dit saldo positief is, en opgenomen als activum in de post ‘Nog te ontvangen’ indien dit saldo negatief is.
4.
In de openingsbalans kan slechts een exploitatiereserve als vorm van eigen vermogen worden opgenomen, die maximaal 5% van de verwachte omzet bedraagt, als bedoeld in artikel 27, vierde lid, onder d, van deze regeling.