Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
Artikel 13 Beoordeling aanspraak door Minister van Justitie en Veiligheid
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2018
- Bronpublicatie:
06-06-2018, Stcrt. 2018, 33030 (uitgifte: 15-06-2018, regelingnummer: 2018-0000338062)
- Inwerkingtreding
01-10-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-06-2018, Stcrt. 2018, 33030 (uitgifte: 15-06-2018, regelingnummer: 2018-0000338062)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De Minister van Justitie en Veiligheid informeert de burgemeester of gezaghebber of er aan de voorwaarden voor aanspraak op een reisdocument als bedoeld in artikel 12, 14 of 15, tweede lid, van de wet is voldaan.
2.
Indien er bedenkingen bestaan tegen het verstrekken van het reisdocument als bedoeld in artikel 12, 14 of 15, tweede lid, van de wet, blijkt uit de schriftelijke vaststelling daarvan:
- a.
dat de aanvrager in het bezit moet zijn van een geldig reisdocument voor grensoverschrijding, verstrekt door de autoriteiten van een ander land;
- b.
dat de verblijfsvergunning van de aanvrager niet meer zal worden verlengd;
- c.
dat de verblijfsvergunning van de aanvrager is of wordt ingetrokken; of
- d.
welke andere bedenkingen er zijn.